Uit het magazine

Met alle noodzakelijke transities heeft de samenleving dringend behoefte aan meer ingenieurs. De bedrijven krijgen momenteel echter veel vacatures niet of niet snel genoeg vervuld. Hoogste tijd dus om fors te groeien, vinden de technische universiteiten in Delft, Eindhoven en Enschede, en zo voor verse aanwas aan ingenieurs te zorgen.

 

Ondanks tweeënhalf jaar aan covid-pandemie en andere mondiale crises, draait het Nederlandse bedrijfsleven zo goed, dat er grote tekorten aan technisch geschoold personeel heersen. De pas net ingezette transities op het gebied van energie, landbouw en mobiliteit zullen de vraag naar technici alleen maar verder vergroten. De druk op de technische universiteiten om meer ingenieurs af te leveren groeit.
 

Brainport

Het meest vergevorderd met groeiplannen lijkt de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e). De regio, die zichzelf Brainport noemt, heeft ook de meeste hoogtechnologische bedrijven die goed draaien en dus behoefte hebben aan nieuwe mensen.

‘In het regeerakkoord wordt Eindhoven als enige regio genoemd die extra steun en aandacht van het Rijk nodig heeft’, zegt Robert-Jan Smits, collegevoorzitter van de TU/e. Een kleine groep ministers overlegt regelmatig over de schaalsprong die Brainport doormaakt. Eindhoven en omstreken is op weg om de belangrijkste economische regio van het land te worden.

‘De bedrijven om ons heen groeien allemaal in hoog tempo. Vandaar dus aan ons als universiteit de vraag of we ook bereid zijn mee te groeien. We nemen onze verantwoordelijkheid en zeggen: ja, dat gaan we doen’, aldus Smits. In 2030 moet de jaarlijkse uitstroom van afgestudeerde masterstudenten – die is nu vijftienhonderd – zijn verdubbeld.
 

Gezonde groei

De TU/e riep onlangs een commissie in het leven, onder leiding van hoogleraar Maarten Steinbuch, om te onderzoeken onderzoekt hoe stevige, maar gezonde groei eruitziet, en wat de uitdagingen en mogelijke valkuilen zijn. Hoe behoud je bijvoorbeeld de voordelen van een relatief kleine universiteit?

‘Het is bij ons gemoedelijk, de gemeenschapssfeer is sterk. Dat willen we overeind houden’, zegt Smits. Ook zal het niet meevallen voldoende personeel van hoge kwaliteit aan te trekken. ‘We hebben docenten en onderzoekers nodig, maar ook ICT- en HR-personeel’, zegt Smits.

‘De uitdaging is om goede mensen binnen te halen wetende dat we minder kunnen betalen dan de bedrijven om ons heen. Gelukkig zien we dat veel mensen vanuit idealisme bij ons komen werken: ze kunnen hier bijdragen aan de opleiding van jonge mensen en aan de nieuwste technologie. Ook hebben ze hier op de universiteit meer vrijheid dan bij een bedrijf.’
 

Technici van ASML werken aan een machine in een cleanroom van het bedrijf. Foto © ASML

 

'Bedrijven mogen iets terugdoen'

Hulp komt soms uit onverwachte hoek. Onlangs maakte chipmachinebouwer ASML bekend dat het honderden 'hybrid teachers'  gaat aanstellen: medewerkers die lesgeven op de TU/e of een hogeschool. Smits: ‘De bedrijven gaan profiteren van onze groei. Dan mogen ze ook iets terugdoen.’

Ook op de landelijke overheid doet de TU/e een beroep. ‘We zien al langer dat de overheid onvoldoende in onderwijs investeert vergeleken met de snelle groei van bedrijven’, zegt Smits. ‘Dat geldt overigens ook voor woningbouw en voor infrastructuur. Zouden we deze zaken te lang verwaarlozen, dan bestaat het risico dat bedrijven vertrekken of besluiten op andere locaties te groeien.’ Daarbij is voorfinanciering uit Den Haag nodig voor extra personeel en gebouwen, benadrukt Smits, voordat de grote groei van de TU/e start kan gaan. ‘Een andere belangrijke randvoorwaarde is het realiseren van voldoende extra studentenhuisvesting in en rond Eindhoven.’
 

Buitenlandse studenten

Dan is het de vraag waar de TU/e de extra studenten vandaan haalt. In eigen land lijkt de belangstelling van middelbare scholieren voor techniekstudies steeds verder terug te lopen. Van buitenlandse studenten aan de universiteit is de angst dat ze met hun diploma onder de arm direct weer terugkeren naar hun land van herkomst. Smits: ’Toch is dat niet wat wij zien. Van de niet-Europeanen die bij ons studeren of promoveren, vindt 56 procent de eerste baan in de regio. De TU/e heeft de hoogste stay rate van Nederland wat betreft internationale afgestudeerden.’
 

Mbo'ers en hbo'ers ook erg gewild

Natuurlijk hebben de Brainportbedrijven niet alleen afgestudeerden van academisch niveau nodig, ook mbo’ers en hbo’ers zijn erg gewild. Daarom werkt de TU/e intensief samen met bijvoorbeeld hogeschool Fontys, benadrukt Smits. ‘We houden gemeenschappelijke introdagen, maken het studenten eenvoudig om in het eerste jaar over te stappen en willen laboratoria meer gaan delen.’

De economie draait nu op volle toeren, maar Smits is niet bang voor economische tegenwind. ‘Het is waar dat de micro-elektronicasector ooit cyclisch was, maar dat klopt niet meer. De trend is daar nu alleen nog maar omhoog. Belangrijker nog, het doel van onze groei is ook niet alleen om te helpen ASML nog groter te maken, maar om nieuwe “ASML’s” te creëren. Neem Prodrive. Die voormalige TU/e-startup had vorig jaar een omzet van ruim driehonderd miljoen euro. We moeten diversifiëren.’
 

Delft en Enschede

De universiteiten in Delft en Enschede zijn minder ver met de plannen. Ook de TU Delft wil flink groeien, maar de druk op de stad Delft is al hoog. Daarom denkt die TU aan andere locaties, bijvoorbeeld in Den Haag of Rotterdam. Dat advies komt van een commissie die scenario’s onderzocht voor groei. Op termijn zou de TUD verder kunnen groeien naar veertigduizend studenten (nu 28 duizend) en een jaarlijkse uitstroom van een kleine zesduizend studenten met een ingenieursdiploma. Hoe dit praktisch moet gaan gebeuren, dat gaat de Delftse universiteit de komende maanden onderzoeken met alle betrokkenen. Begin 2023 moet meer duidelijk zijn.
 

Voormalig topzwemmer Maarten van der Weijden geeft een lezing tijdens Bedrijvendagen aan de Universiteit Twente, in februari 2020. Foto: Beeldbank University of Twente 


Universiteit Twente: beheerste groei

Van ruimtegebrek hebben ze aan de Universiteit Twente geen last, op de groene campus is nog genoeg plek voor nieuwe gebouwen. Wel is men er terughoudender met uitspraken over groei: die moet beheerst plaatsvinden, zei collegevoorzitter Vinod Subramaniam in een recent interview met U-Today. Enerzijds omdat ‘ik geen blik met docenten kan opentrekken’, maar anderzijds ook omdat er minder grote bedrijven in Twente zitten: ‘In Twente is geen ASML waar zevenduizend vacatures openstaan’, aldus Subramaniam in hetzelfde interview. ‘Maar in de regio hebben wij ook de verantwoordelijkheid voor bedrijven om ons heen, voornamelijk het mkb.’
Wageningen Universiteit & research reageerde niet op onze vragen.


Openingsfoto: de campus van de TU Eindhoven in 2019. Foto Bart van Overbeeke

Vond je dit een interessant artikel, abonneer je dan gratis op onze wekelijkse nieuwsbrief.