‘Ik draag bij aan de veiligheid van Nederland’
Bij TNO werkt wiskundige Aad Vijn aan projecten voor Defensie. Belangrijk onderdeel van zijn werk: voer- en vaartuigen onzichtbaar maken voor de vijand.
Naam: Aad Vijn
Leeftijd: 34
Opleiding: technische wiskunde, TU Delft
Functie: scientist innovator, TNO
Elk vaartuig draagt een magneetveld met zich mee. ‘Dat komt door het simpele feit dat ferromagnetische materialen een beetje magnetisch worden door het magneetveld van de aarde’, legt Aad Vijn uit. ‘Dat veld van een schip bijvoorbeeld is heel zwak, maar tot op grote afstand nog te meten.’ De vijand kan een schip zo ruim van tevoren zien aankomen.
Magneetveld opheffen
In de Tweede Wereldoorlog werd al een manier ontdekt om dat magneetveld af te zwakken of zelfs op te heffen: elektrische spoelen die een tegengesteld magneetveld opwekken. Inmiddels is de techniek voortgeschreden en zijn er betere materialen en gevoeligere sensoren ontwikkeld.
Daarvoor is ook zeer geavanceerde wiskunde nodig, bijvoorbeeld om zeer kleine signalen te kunnen onderscheiden van ruis. En daar komt Aads specialisatie om de hoek kijken. ‘Om het signaal van de ruis te onderscheiden, moet je heel goed begrijpen wat je meet. Dat is allesbehalve triviaal.’
Op de ingewikkelde wiskunde die hiervoor wordt gebruikt, promoveerde hij in 2021. ‘Om een signaal van de ruis te onderscheiden, gaan tegenwoordig ook AI-technieken een steeds belangrijkere rol spelen.’
Meer aandacht voor defensieonderzoek
De defensiesector waar Aad voor werkt, is groeiende. De wereldwijde geopolitieke verhoudingen zijn aan het schuiven en in Europa daalt het besef in dat het zichzelf moet kunnen verdedigen. Er is meer aandacht voor militaire ontwikkelingen en er gaat meer geld naar defensieonderzoek.
‘Ik ben geen militair en ook niet zo sportief. Maar met mijn werk draag ik mijn steentje bij aan de veiligheid van Nederland en Europa. Dat betekent veel voor me’, zegt hij. Aad is vooral goed in ingewikkelde dingen uitleggen op een simpele manier. ‘Dat doe ik graag, het helpt me in mijn werk. Maar ik werk ook één dag per week op de TU Delft als docent. Het overdragen van kennis en het inspireren van jonge mensen vind ik leuk en ik zal daar ook mee blijven doorgaan. We zijn nu bezig om mijn aanstelling om te zetten naar assistant professor.’
Met één been in de academische wereld
Op langere termijn is het zijn ambitie om deeltijdhoogleraar worden. ‘Door met één been in de academische wereld te blijven staan, kun je aan projecten werken waarbij je groter kan denken. Nadenken over de grote lijnen van onderzoek vind ik erg leuk. Sparren met collega’s en dan een stagiaire een nieuwe onderzoekslijn laten verkennen. Het zal niet voor het eerst zijn daar een geheel nieuwe onderzoeksrichting uit voortkomt.’
Alle talenten leren kennen? Kijk in het dossier Techniektalenten 2025.
Foto: TNO