Het kraanschip Sleipnir van het Nederlandse bedrijf Heerema is begonnen aan zijn eerste reis. Het grootste semi-afzinkbare offshore vaartuig ter wereld vaart momenteel van Singapore, waar hij is gebouwd, naar Zuid-Spanje, waar hij in de buurt zijn eerste klus heeft. De maiden trip zal zo’n 45 dagen gaan duren.

Stel, je bent een oliemaatschappij en je bouwt een boorplatform op zee. Dan moeten er soms onderdelen worden opgetild van tienduizenden tonnen. Er zijn niet veel vaartuigen die dat kunnen in de wereld.

De SSCV Sleipnir (de SSCV staat voor ‘semi submersible crane vessel’, ofwel semi-afzinkbaar kraanschip) die het Nederlandse offshore-bedrijf Heerema onlangs opleverde, heeft twee kranen aan boord die ieder 10.000 ton aan gewicht kunnen heffen. Dat maakt hem geschikt voor de allergrootste offshore klussen. Denk aan het bouwen van windmolens op zee, of het ontmantelen van oude boorplatforms.
 

Grootste ter wereld

Het vaartuig is volgens Heerema zelf het grootste kraanschip ter wereld. De bouw ervan kostte ongeveer 1,5 miljard euro, maar de orderportefeuille zit al tot ver in 2021 gevuld. De eerste klus is bij de bouw van een aardgasplatform in de Middellandse Zee. ‘Daar gaan we een platform heffen van 16.000 ton zwaar’, vertelt Michel Hendriks, Director Transport & Installation van Heerema Marine Contractors.

Daarna is het meteen door naar Brazilië, waar een platform wordt geïnstalleerd bij het olieveld Peregrino. ‘Wij kunnen nu zwaardere dingen heffen en daardoor kunnen oliemaatschappijen olie- of gasplatforms veel verder afbouwen aan de wal. De Sleipnir bespaart ze dus geld’, aldus Hendriks.
 

Snelheid

Opvallend is de behoorlijk hoge snelheid die de Sleipnir kan halen bij het varen. Daarvoor staat hij op twee grote drijvers, die ieder de vorm hebben van een olietanker. Dat wil zeggen: gestroomlijnd zodat hij snel kan varen bij een beperkt brandstofverbruik.

Als hij van klus naar klus vaart, wordt het schip ‘ontballast’; het water wordt eruit gepompt en het schip heeft zijn maximale drijfvermogen. Op die manier haalt hij gemiddeld 11 knopen (20 kilometer per uur).
 


LNG

Bij dit alles is de Sleipnir duurzamer dan de meeste andere schepen in zijn klasse. De motoren kunnen draaien op zowel het conventionele marine gas oil als op LNG (liquefied natural gas). Aan boord zijn de zaken zo ontworpen dat ze minder stroom verbruiken dan op oudere schepen, overal zit bijvoorbeeld led-verlichting.

Aan de wal gaat de Sleipnir aan de walstroom, een groot stopcontact in de haven. Dit is schoner voor de omgeving dan de traditionele manier, waarbij ook aan de wal nog een paar dieselmotoren moesten draaien voor de stroomvoorziening op het schip.
 

Hulp

LNG kun je nog niet overal tanken. Daarom heeft Heerema de hulp ingeroepen van het Nederlandse bedrijf Titan LNG. Dat huurde voor het transport een schip in van het eveneens Nederlandse bedrijf Anthony Veder. Dat kwam een stukje uit de kust van Indonesië langszij voor het bunkeren van de LNG en zal dat ook weer doen in Zuid-Spanje. ‘Deze bijzondere constructie was nodig, omdat je LNG nog niet overal kunt tanken. Hoewel het op steeds meer plekken beschikbaar komt’, zegt Hendriks.

De gigantische Sleipnir is 220 meter lang en 102 meter breed. Hij weegt 119.000 ton. Op het schip kunnen 400 medewerkers verblijven. Het schip blijft op zijn plek liggen met behulp van dynamic positioning, met een nauwkeurigheid van 30 centimeter.
 

Beeldmateriaal Heerema