
Radicale innovatie in Den Haag
Een paar maanden voor de verkiezingen kwam het kabinet met een plan voor het stimuleren van radicale innovaties. Wat vinden politieke partijen daarvan?
Is er in Nederland plek voor een dienst die radicale innovatie stimuleert, zoals DARPA in de Verenigde Staten? Hoeveel mag dat kosten en op welke onderwerpen zou het nog op te richten Nationaal Agentschap voor Disruptieve Innovatie (NADI) zich als eerste moeten richten?
Deze vragen legden we voor aan de tien politieke partijen die het hoogst scoorden in de peilingen (peildatum eind augustus). Daarvan reageerden er vier met inhoudelijke antwoorden: VVD, CDA, BBB en SP. Van GL-PvdA, PVV, D66 en Volt kregen we geen reactie; JA21 had geen tijd.
Een Nederlandse DARPA
Om innovatie te versnellen wil het demissionaire kabinet naar Amerikaans (DARPA), Duits (SPRIND) en Brits (ARIA) voorbeeld een speciale overheidsinstantie oprichten die grote technologische doorbraken forceert. Dit Nationaal Agentschap voor Disruptieve Innovatie (NADI, lees ook het recente artikel: ‘Zijn technologische doorbraken af te dwingen?’) zou het meest ambitieuze research & development-programma van de laatste decennia moeten worden. kleine teams met briljante programmamanagers die met hun team gevuld met de allerbeste onderzoekers vijf jaar lang volledige vrijheid krijgen om te proberen schijnbaar onmogelijke ideeën te realiseren. Dat kan leiden tot radicale innovaties zoals autonome auto’s, internet of touchscreens. Dit in tegenstelling tot wat incrementele innovatie wordt genoemd: steeds met kleine stapjes vooruit.
Is uw partij voor het instellen van een speciale dienst voor radicale innovatie?
Ja, zeggen VVD, CDA, BBB en SP in koor: een instelling die radicale innovatie nastreeft is een goed idee voor Nederland. Van de VVD is dat antwoord te verwachten. Het was ten slotte minister Vincent Karremans (Economische Zaken) die het NADI opnam als een van de speerpunten in een actieplan voor research & development (R&D).
Ook BBB is gecharmeerd van de aanpak van DARPA, mailt een woordvoerder namens Kamerlid Henk Vermeer. ‘In de Verenigde Staten werkt dat niet vanuit subsidies, maar mobiliseert het met scherpe opdrachten en doelen een heel netwerk van bedrijven, kennisinstellingen en wetenschappers om baanbrekende en zeer waardevolle technologieën te ontwikkelen. Dit [NADI] draagt bij aan strategische autonomie en werkgelegenheid, en laat Nederland weer wereldwijd concurreren in bepaalde sectoren.’
Het CDA legt de nadruk op de defensiecomponent van DARPA. ‘Veiligheid en defensie zijn afhankelijk van technologische innovatie en andersom heeft veel technologische innovatie een veiligheidskant. Dat maakt innovatie dus cruciaal in het huidige tijdsgewricht.’
De SP gaat daar juist tegenin. De partij is weliswaar voor het oprichten van het NADI, maar, zo mailt een woordvoerder: ‘een toekomstige Nederlandse versie van DARPA kan alleen een rol vervullen als zij niets te maken heeft met militarisering. De SP wil niet dat publieke middelen worden ingezet voor het aanjagen van de oorlogsindustrie. Zo’n organisatie moet juist volledig zijn gericht op maatschappelijk nuttig onderzoek dat de mensheid vooruithelpt in plaats van verwoest.’
Wellicht een nobel streven, maar de grens tussen militaire en civiele toepassing van een technologie is vaak niet zo duidelijk, meent het CDA. ‘Alle innovaties kennen dual use, zowel een civiele als een militaire toepassing. Het CDA kan zich dan ook voorstellen dat er een gezamenlijke organisatie komt van de ministeries van Economische Zaken en Defensie.’
Wat mag dat kosten?
Een geldbedrag wil geen van de politieke partijen er aan hangen. Daarvoor is het te vroeg, veel programma’s worden nog doorgerekend ten tijde van onze rondvraag. Maar belangrijker: NADI zit nog in een verkennende fase. Het is nog lang niet duidelijk óf het er komt onder een nieuw kabinet, laat staan over welk budget het dan zou mogen beschikken.
Geen concreet bedrag dus, maar innovatie mag best wat kosten. ‘Het is van belang dat een nationaal agentschap stabiele en substantiële financiering krijgt’, aldus het CDA. ‘Dat is een randvoorwaarde voor een gunstig innovatieklimaat.’ Dit vindt ook de SP: ‘Investeringen in fundamenteel onderzoek zijn geen kostenpost, maar publieke waardecreatie: je krijgt het terug in de vorm van bedrijvigheid, werkgelegenheid en vooral maatschappelijke vooruitgang. Dat vraagt niet om kruimels, maar om structurele financiering, net zoals we dat vanzelfsprekend vinden bij onderwijs of infrastructuur.’
Innovatie in de partijprogramma's

TNO spitte de verkiezingsprogramma's door. Hebben de verschillende politieke partijen innovatie opgenomen in hun verkiezingsprogramma en zo ja, in welke mate? Van onder naar boven:
- Innovatie genoemd: Wordt innovatie genoemd in het verkiezingsprogramma en heeft de partij plannen om innovatie te bevorderen?
- 3% Lissabon: Streeft de partij naar het bereiken van het Lissabon-doel om 3 procent van het BBP te investeren in onderzoek en ontwikkeling?
- Langetermijnvisie: Heeft de partij een langetermijnvisie en -strategie op innovatie?
- Versterken innovatieklimaat: Doet de partij concrete voorstellen om bedrijven, mkb en startups/scaleups te ondersteunen? Bijvoorbeeld door het verminderen van regeldruk, het (co-)investeren in voor de markt nog te risicovolle R&D-projecten, het verbeteren van de (technische) infrastructuur van Nederland, financiering van startups en scaleups enzovoort.
- Innovatie voor maatschappelijke opgaven: Zet de partij innovatie in bij het aanpakken van meerdere maatschappelijke vraagstukken?
Op welke onderwerpen moeten de eerste teams van NADI zich richten?
Alle partijen vinden de chipsector belangrijk omdat Nederland daar al een redelijk sterke positie in heeft en meer onafhankelijkheid van Azië en de VS gewenst is. De SP noemt daarnaast innovaties die het publieke belang dienen (zorg, elektriciteitsnet of openbaar vervoer) en technologie voor de verduurzaming van de industrie ‘om ons land koploper te maken in schone productie’.
BBB zet agrotech bovenaan de lijst, waarop verder ook halfgeleiders staat en digitale en veiligheidstechnologie, zoals cyberveiligheid, AI en quantumtechnologie. VVD en CDA verwijzen in hun antwoord naar de Nationale Technologiestrategie van begin 2024, waarin tien onderwerpen zijn benoemd waarin Nederland vooroploopt. In dat lijstje staan de reeds genoemde technologieën, maar ook onder meer procestechnologie, mechatronica en geïntegreerde fotonica.
Openingsfoto: bord met posters, in Diemen, van de politieke partijen die meedoen aan de verkiezingen van oktober 2025. Foto: Shutterstock





