Deze windturbine kan mee op reis
Draagbare zonnepanelen om een mobiel mee op te laden zijn al jaren in omloop. Startup Shine doet het net even anders met een draagbare windturbine.
Aan de winderige kust van Nova Scotia, een schiereiland in het oosten van Canada, kwamen ondernemers Cat Adalay en Rachel Carr op het idee voor de draagbare, kleine windturbine Shine. Niet de zon is daar immers een betrouwbare factor voor de outdoor-liefhebber, maar de constante wind.
De draagbare windturbine Shine 2.0 staat op een statief van negentig centimeter dat met scheerlijnen en haringen stevig wordt verankerd in de grond. De turbinebladen hebben een lengte van zestig centimeter. De windturbine draait zichzelf automatisch naar de windrichting en via een app op de telefoon kan de gebruiker zien hoeveel stroom de turbine levert.
Zo groot als een literfles
De windturbine is geschikt voor alle apparaten die zijn op te laden op twaalf volt. De turbine levert stroom vanaf windkracht 2, maar dan kost het opladen van een telefoon wel ruim elf uur en een laptop zelfs 75 uur.
Bij windkracht 6 draait de Shine op volle toeren en genereert de turbine vijftig watt aan elektriciteit waarmee een telefoon binnen zeventien minuten oplaadt en een laptop binnen twee uur. Ook beschikt de turbine over een batterij die als een powerbank kan dienstdoen.
De windturbine is op te vouwen tot het formaat van een literfles en weegt slechts 1,36 kilogram. Het statief zit dan opgevouwen in dat pakket.
Om meer wind te vangen levert de startup ook een statief van 1,80 meter hoog, dat los moet worden vervoerd.
Vanaf maart 2025 is de windturbine leverbaar voor een prijs die volgens de makers rond de 320 euro zal liggen.