Een groot deel van de kademuren in de Amsterdamse binnenstad is aan vervanging toe. Sweco heeft een methode ontwikkeld die nauwelijks overlast veroorzaakt.
 

Bureau: Sweco
Project: Kadevernieuwing Amsterdamse grachten
Dit is een van inzendingen voor De Vernufteling 2024. Van 14 tot en met 24 mei 2024 kunt u stemmen op uw favoriet. Een overzicht van alle inzendingen vindt u hier.


De grachten in de oude binnenstad geven Amsterdam z’n charme, maar op dit moment leveren ze de gemeente ook een hoop kopzorgen op. Hun uiterste houdbaarheidsdatum is allang geleden overschreden en daarbij worden de kaden door het toe­genomen verkeer en de drukte in de stad veel intensiever gebruikt dan ooit voor mogelijk werd gehouden. In september 2020 werd duidelijk wat het risico is: toen bezweek een volledige kade aan de Binnengasthuisstraat, in het oude hart van de stad. 

De vervangingsopgave betreft zeker zeshonderd kilometer kade, waarbij het stadsbestuur prioriteit geeft aan ruim tweehonderd kilometer gemetselde muren. 

Ingenieursbureaus worden geacht met innovatieve oplossingen te komen: de traditionele manier (alles afsluiten, gracht dempen, nieuwe kade bouwen) is in een drukke stad immers nauwelijks realistisch en ook onwenselijk, omdat de grachten zo beeldbepalend zijn.
 

Kade 2.020

Sweco Nederland komt, in samenwerking met Combinatie Midden Delfland Civiele Werken, Oosterhof Holman Beton- en Waterbouw en bouwadviesbureau Strackee, met de oplossing Kade 2.020. Daarbij wordt een L-vormig ‘wandelement’ tegen de bestaande kademuur geplaatst, met de ‘voet’ in het water.

Om plaats te maken voor deze prefab-muur hoeft slechts een plakje van circa 35 centimeter van de bestaande muur te worden afgezaagd. Is het element geplaatst, dan wordt de kademuur weer opgemetseld. 

De werkzaamheden vinden grotendeels plaats vanaf een werkponton, steeds in segmenten van vijf meter. Dat heeft als voordeel dat de gracht toegankelijk blijft; zelfs bomen kunnen blijven staan. 


Minder hinder

‘Met onze innovatie beperken we het aantal hinderbronnen en de duur van de hinder zoveel mogelijk’, stelt Sweco-projectleider Stephan Laaper. ‘Rijbaan en trottoir blijven toegankelijk voor verkeer, woonboten hoeven mogelijk minder lang verplaatst te worden, de aanvoer van materiaal vindt over het water plaats en er is geen bouwput nodig, waardoor het risico op zettingen in de ondergrond en schade aan panden verwaarloosbaar is.’ 


Beeld: Sweco