Leiden Bio Science Park durft het aan: eind dit jaar wordt de Biotech Training Facility opgeleverd. De risico’s rond het project zijn exemplarisch voor de gehele biotech sector: een kleine kans op groot succes.

Leiden Bio Science Park, centraal gelegen naast het LUMC, museum Naturalis en het station, bestaat al zo’n dertig jaar en telt onder andere elf onderzoeksinstituten en 130 bedrijven. Enkele daarvan zijn buitenlandse farmareuzen zoals Apotex uit Canada, Galapagos uit België, Janssen (onderdeel van het Amerikaanse Johnsson & Johnsson) en het Japanse Astellas. Daarmee is dit het grootste biotech en farma-cluster van Nederland. Veel bedrijven en instellingen zijn actief in verschillende fases van medicijnontwikkeling.

Dat zijn trajecten met een lange adem; gemiddeld duurt het twaalf jaar om van een werkzame stof een geneesmiddel te maken. Van de ontdekking van een stofje tot marktintroductie zijn er namelijk vele hordes om te nemen, bijvoorbeeld patentenregistratie, tests bij kleine groepen mensen en later grote groepen, onderzoek naar bijwerkingen of interacties met andere geneesmiddelen, het vinden van financiers en de goedkeuring door autoriteiten. Investeerders in farma nemen grote risico’s: de ontwikkeltrajecten zijn lang en duur en hebben een lage slaagkans, maar als het lukt om voor een bepaald aantal jaren het exclusieve verkooprecht in een markt te krijgen, is het kassa. 

Good Manufacturing Practices

Temidden van deze Leidse farmabedrijven verrijst momenteel de Biotech Training Facility (BTF). Het gebouw is nu nog grotendeels leeg, maar in januari starten de eerste cursussen voor werknemers in de (bio)farmacie. Er worden cleanrooms gebouwd in verschillende klassen (variërend in het aantal toegestane deeltjes in de lucht) en er komt hightech apparatuur zoals een vullijn, autoclaaf, zuurkast en spoelmachine. De cursisten leren volgens zogeheten Good Manufacturing Practices te werken; de strikte regels die gelden in labruimtes en cleanrooms.

De onderwerpen die in deze cursussen en workshops aan bod komen zijn veelzijdig, zoals het aan- en uittrekken van cleanroomkleding, pipetteren, schoonmaken van cleanrooms en het stap-voor-stap documenteren van handelingen. Medewerkers kunnen zich inschrijven voor het vaste aanbod van de BTF, maar op maat gemaakte trainingen voor één bedrijf, zelfs met trainers uit het eigen bedrijf, zijn ook mogelijk.

Geen harde toezeggingen

De potentiële klanten van de BTF, net afgestudeerde mlo’ers en hlo’ers en hun bedrijven, investeren niet in het project, ondanks dat er een fors budget van ruim 9 miljoen euro nodig is. De gemeente heeft al moeten bijspringen omdat de luchtbehandelingsinstallatie duurder uit viel. Naast de gemeente dragen het Europese EFRO-fonds, het LUMC, de Universiteit Leiden en de lokale ondernemersvereniging bij. Ook zijn er vooralsnog geen harde toezeggingen dat bedrijven daadwerkelijk hun medewerkers op cursus sturen bij de BTF.

Een groot risico dus, net als de hele biotechnologie sector. Er zijn echter maar een paar van dergelijke centra in de wereld, een vergelijkbaar centrum in Ierland zou zelfs lange wachtlijsten hebben. Dus: àls het lukt, is er kans op groot succes. Dat betekent niet per se dat het centrum rijk zal worden, want de faciliteit is niet voor winstbejag in het leven geroepen. Wel kunnen de BTF-geschoolde medewerkers dan bijdragen aan een betere medicijnproductie en veiligere medicijnen.