'Is digitale protectie uit te breiden tot digitale compassie?'
Columnist Peter-Paul Verbeek probeert de idealen van de Franse Revolutie toe te passen op de digitale wereld van nu.
Hoe kan een Europese variant van Facebook eruit zien? In het Amerikaanse model zijn je data het bezit van een bedrijf, in het Chinese model van de staat. Zou het mogelijk zijn een social-media-platform te bouwen dat is gebaseerd op de democratische waarden van de Franse Revolutie: vrijheid, gelijkheid en broederschap? Met deze vragen nam hoogleraar mediasociologie Jan van Dijk onlangs afscheid van de Universiteit Twente.
Onder de titel Alles, altijd en overal verbonden: het internet van mensen en dingen schetste hij de politieke keuzes waar de digitale revolutie ons voor plaatst. Al in 1991 voorspelde hij in zijn boek De netwerkmaatschappij dat het internet zich in drie fases zou ontwikkelen. Allereerst zou het mensen verbinden, daarna dingen en ten slotte onze lichamen. Let wel: de term ‘sociale media’ bestond nog niet en gedachten over het Internet of Things en wearable technologies gingen elk voorstellingsvermogen te boven.
De boodschap van Van Dijk: als alles en iedereen altijd met elkaar is verbonden, heeft dat vérreikende sociale en politieke gevolgen. Het schandaal rondom Cambridge Analytica heeft niet alleen laten zien dat onze privacy op grote schaal kan worden bedreigd, maar ook dat onze democratie zelf op het spel staat. Waarbij de bedreiging niet afkomstig is van een totalitair regime, maar van een Amerikaans bedrijf dat simpelweg het eigen businessmodel volgt. De digitale revolutie heeft zo een geopolitieke dimensie gekregen, met een uitkomst die tot voor kort ondenkbaar leek: een revitalisering van de Europese gedachte.
We zijn pas vrij als we het vermogen hebben om goed met de invloeden van nieuwe technologie om te gaan
Hoe blijven we trouw aan de erfenis van de Franse Revolutie? Laat ik een poging wagen.
Vrijheid werd in onze digitale wereld tot nu toe vooral begrepen als privacy; ‘het recht om met rust te worden gelaten’. De filosoof Isaiah Berlin zou zeggen dat dit vooral een negatieve vrijheid is: ‘vrijheid van iets’. Daartegenover staat de ‘vrijheid om te’; vrijheid die ergens positief op is gericht.
Ten aanzien van technologie betekent dat onder andere veerkracht: we zijn pas vrij als we het vermogen hebben om goed met de invloeden van nieuwe technologie om te gaan. Daar moeten we elkaar bij helpen, zodat we vervolgens toekomen aan de vraag wat we met onze vrijheid willen realiseren: wat is een goede manier van leven en samenleven met deze technologie?
Algorithm awareness moet een belangrijk onderdeel worden van burgerschap
Gelijkheid draaide in de Franse Revolutie om het einde van rangen en standen, en gelijke rechten en plichten voor iedereen. In een digitale samenleving betekent dat: technologie zodanig vormgeven dat die niet alleen voor iedereen te betalen, maar ook te begrijpen is. Daarvoor is allereerst nodig dat we snappen hoe we worden beïnvloed. Algorithm awareness moet een belangrijk onderdeel worden van burgerschap, maar ook van design in een digitale samenleving, want gelijke kansen ontstaan pas bij gelijke toerusting.
De belangrijkste waarde die een Europees model bij uitstek vorm kan geven, is die van solidariteit (het woord broederschap stamt uit een tijd met minder gelijkwaardige sekseverhoudingen). In onze digitale tijd betekent dat een verbreding van ‘mijn data’ naar ‘onze data’ en van ‘bescherming’ naar ‘verbinding’. Kan data ownership een tegenhanger vinden in data donorship? Kan digitale protectie worden uitgebreid tot digitale compassie? Kunnen social media behalve fake news verspreiden ook nieuwe vormen van burgerparticipatie en politiek engagement mogelijk maken?
Pas als dat lukt, is er écht sprake van een ‘verbondenheid van alles, altijd en overal’.
Prof.dr.ir. Peter-Paul Verbeek is hoogleraar Filosofie van Mens en Techniek aan de Universiteit Twente.