2024 was een nat jaar. In de duinen bij Haarlem leidde dat tot problemen, maar ook tot creatieve oplossingen, zag Rolf Hut. 

Midden in de Kennemerduinen stuit ik op een verlaten fiets. Misschien is iemand even een wandeling gaan maken? Maar in het voorbijrazen zie ik dat deze fiets is vastgeschroefd aan het paaltje waar die tegenaan leunt. Ik rem, stap af en kijk eens goed. Er is veel gereedschap nodig om deze fiets los te krijgen. Terwijl ik vragend om me heen kijk, realiseer ik me opeens waar ik ben: op een van de laagste punten van dit duingebied.

2024 was een nat jaar. Er viel 1064 millimeter neerslag, 23 procent meer dan in een gemiddeld jaar. De water­beheerders van het Nationaal Park Zuid-Kennemerland zijn daar blij mee: de grondwaterbuffers waaruit het drinkwater voor Noord-Holland wordt gewonnen, zitten een stuk voller. De natuurbeheerders van het park zijn ook blij: stukjes overstroomde duinen zijn goed voor de biodiversiteit in het park. Maar voor de recreanten was al die regen minder leuk. Een aantal populaire wandel- en fietsroutes was een deel van 2024 niet begaanbaar. Dit laat goed de druk zien die we in West-Nederland op onze ruimte leggen. Gebieden moeten meerdere functies vervullen die regelmatig botsen.

Een bordje ‘soms nat’ helpt niet: dat zien mensen zelf ook wel

Rolf Hut

Een paar maanden later rijd ik opnieuw langs hetzelfde punt in de Kennemerduinen, alleen staat er nu zo’n twintig centimeter water op het fietspad, donker water met veel bladeren waardoor je niet goed kunt zien hoe diep het is. Als duinbeheerder wil je recreanten vertellen of ze veilig door die plas kunnen fietsen. Een bordje ‘soms nat’ helpt niet: dat zien mensen zelf ook wel en het geeft ook verder weinig informatie. Een waarschuwing plaatsen op de website? Die lezen mensen niet van tevoren. Een water­hoogtemeter naast het pad plaatsen? Dan heb je twee problemen: je moet in het water staan om deze goed af te lezen en je moet snappen hoe hoog twintig centimeter is: kun je daar net wel of net niet doorheen fietsen?

Een fiets aan een paaltje vastmaken is hier de beste oplossing. Je ziet precies hoe hoog het water komt en hoe nat je zult worden: alleen je trappers (voeten) nat of water tot aan het zadel (kruis...). Als ingenieur ben je snel, en terecht, geneigd om metingen in nette eenheden te doen – voor waterhoogte zijn dat centimeters. Maar om de impact duidelijk over te brengen, is de menselijke maat essentieel. En een fiets is de perfecte menselijke maat voor langsrijdende fietsers.


Tekst en foto: Rolf Hut, universitair hoofddocent aan de TU Delft, maker, spreker en schrijver.

PS: Tevens ben ik van mening dat elektrische fietsen als brommers moeten worden gezien.