De 191 landen van de VN hebben voor het eerst afspraken gemaakt over het beperken van de CO2-uitstoot van de luchtvaartsector. Al vanaf 2020 gaan 65 landen vrijwillig hun uitstoot compenseren en vanaf 2027 worden alle landen geacht mee te doen. Het is voor het eerst dat een complete sector afspraken maakt over de uitstoot van CO2.

De afspraken zijn gemaakt tijdens een bijeenkomst die de International Civil Aviation Organization (ICAO) hield in Montreal, Canada. Een dergelijk overleg tussen alle landen vindt elke drie jaar plaats.

In het historische klimaatakkoord dat eind 2015 werd gesloten in Parijs kwam de internationale luchtvaartsector niet voor. Terwijl de sector een CO2-uitstoter van formaat is, goed voor 2 % van alle door mensen veroorzaakte uitstoot van het broeikasgas CO2. Het is daarom des te belangrijker dat de sector zelf maatregelen neemt. Te meer daar het aantal vluchten nog steeds flink toeneemt, met name door landen als China en India, waar de luchtvaartsector nog sterk groeit.

Emissie-eenheden

De afspraken houden in dat de landen hun uitstoot met name compenseren doordat vliegtuigmaatschappijen emissie-eenheden gaan kopen die vrijkomen in andere sectoren. Daarnaast gaan luchtvaartmaatschappijen investeren in projecten voor duurzame energie of in de aanleg van bossen. De bedrijven gaan jaarlijks hiervoor zo’n 2 % van de winst reserveren. Om zeker te weten dat de luchtvaartsector wel op de juiste manier compenseert (en er dus bijvoorbeeld geen herbebossing wordt geclaimd die toch al plaatsvond) vindt er elke drie jaar een controle plaats.

Vanaf 2020

De nulmeting van de emissies vindt plaats in 2020. Het doel is dat in 2035 dan 80 % van de CO2-uitstoot wordt gecompenseerd. In het begin, 2020, is het nog vrijwillig voor landen om mee te doen. Toch hebben al 65 landen toegezegd dit te doen, waaronder luchtvaartreuzen als de VS en China. Vanaf 2027 moeten alle landen meedoen. De afspraken die de ICAO nu maakt gelden voor internationale vluchten; binnenlandse vluchten zijn al gecoverd in het klimaatakkoord van Parijs.

Technologie niet voldoende

Deze compensatiemaatregelen zijn nodig omdat alleen technologische verbeteringen aan vliegtuigen bij lange na niet voldoende zijn om de emissies terug te brengen (artikel 'Schoner vliegen valt tegen'). Feit blijft dat je fossiele brandstoffen moet verbranden om een zwaar vliegtuig in de lucht te houden; alle mooie demonstraties van bijvoorbeeld een zonnevliegtuig als de Solar Impulse (artikel 'Zonnevliegtuig steekt Atlantische Oceaan over') ten spijt. Fossiele brandstoffen hebben een hoge energiedichtheid, zo’n vijftig keer hoger dan batterijen.

Met behulp van technologie (artikel 'VN wil zuinige vliegtuigen afdwingen') zijn vliegtuigen nog wel iets zuiniger te maken (zuiniger betekent ook: minder CO2-uitstoot), maar veel zoden zet dat niet aan de dijk. Verder lopen er wel proeven met biokerosine, brandstof die is gemaakt uit duurzame bronnen (artikel 'Vliegtuigbrandstof uit de hoogoven'). Op de wat langere termijn wordt veel verwacht van solar fuels: synthetische koolwaterstoffen die uit CO2 en water zijn gemaakt met behulp van duurzaam opgewekte elektriciteit (artikel 'Nobelprijswinnaar Steven Chu over onze energietoekomst').

Meer achtergronden bij de maatregelen zijn te lezen op de website van de International Civil Aviation Organization.