Het technische onderzoek naar schilderijen staat in Nederland op een hoog niveau. De Ingenieur zag in twee topmusea hoe dat in zijn werk gaat.


Waren musea ooit plekken waar je een schilderij kon zien hangen met een bordje ernaast, tegenwoordig zijn bezoekers er vaak ook getuige van heuse restauraties. Op een prominente plek in een museum zijn dan specialisten aan het werk om de conditie van een schilderij te verbeteren. Zo is in het Mauritshuis in Den Haag al enige tijd de restauratie van het 17de-eeuwse meesterwerk De Stier van Paulus Potter (zie de foto boven dit artikel) aan de gang. De bezoeker ziet door het glas heen twee restauratoren met penselen en verf in de weer.

De Nachtwacht, het topstuk van het Amsterdamse Rijksmuseum, wordt hier onderzocht met een Macro-XRF-scanner. Foto: Rijksmuseum / Reinier Gerritsen

Conditiecheck

De Nachtwacht, topstuk van het Rijksmuseum in Amsterdam, is al sinds 2019 in restauratie. Bezoekers treffen bij het enorme schilderij onderzoekers aan met scanners, camera’s en laptops. Het doel van ‘Operatie Nachtwacht’, volgens het museum het grootste onderzoeks- en restauratieproject naar het schilderij ooit, is de conditie vast te stellen en te verbeteren, vertelt Katrien Keune, hoofd Science van het Rijksmuseum en hoogleraar moleculaire spectroscopie aan de Universiteit van Amsterdam. ‘Maar ook: ontdekken hoe Rembrandt het precies heeft gemaakt. En hoe kunnen we het werk het beste bewaren voor toekomstige generaties?’

Techniek uit de vliegtuigbouw

Bij het Nachtwacht-project worden de nieuwste technieken ingezet. Het doek is erg verouderd, vertelt Keune. Om het te verstevigen, is er in het verleden nieuw doek tegen de achterzijde geplakt. ‘We wilden weten of dat goed aan elkaar zit.’ Om dat te onderzoeken is samen met de TU Delft een geavanceerde interferentietechniek ingezet, shearography, bekend uit de vliegtuigbouw. Met een laser worden vervormingen gemeten. Het resultaat was geruststellend: de doeken zitten goed aan elkaar.

Microscoopopname van een verfmonster; dat is een flintertje verf dat wordt weggehaald uit een schilderij en op zijn kant onder een microscoop wordt gelegd. Te zien zijn grondlagen van aardpigmenten en daarbovenop verflagen, met als bovenste laag ultramarijn. Foto: Mauritshuis

Op reis

In het Mauritshuis vertelt Sabrina Meloni over haar rol als restaurator. Met haar collega’s heeft zij als taak het behouden en ontsluiten van de schilderijen, en daarnaast het verrichten van kunsthistorisch en materiaalkundig onderzoek. ‘Daarbij werken we vaak samen met collega’s in andere musea en met universiteiten.’

Ook als een schilderij in bruikleen wordt gegeven aan een ander museum, komt Meloni’s afdeling in actie. ‘Wij onderzoeken dan of het werk stabiel genoeg is voor transport. Zit de verf vast, is het doek stevig, zien we barsten die een risico vormen?’

Al pratend met Meloni vliegen de schei- en natuurkundetermen over tafel. Zo wordt er gewerkt met oplosmiddelen, waarin de ene stof wel en de andere niet oplost. Want wie vernis wil verwijderen, moet niet ook de verflaag eronder meenemen. Kennis van pigmenten is belangrijk, want die vertellen iets over de maker. Meloni: ‘En ook wanneer een verflaag is aangebracht. Kennis van de chemie helpt ons te bepalen wat er door de jaren heen met een schilderij is gebeurd. Is het gerestaureerd, is het schoongemaakt, is het hersteld? Dat soort informatie houden we tegenwoordig nauwgezet bij in restauratiedossiers. Voorheen gebeurde dat niet.’


Openingsfoto: Restauratoren van het Mauritshuis in Den Haag zijn aan het werk met het schilderij De Stier van Paulus Potter. Foto: Mauritshuis

Verder lezen?

Dit is niet het hele artikel. Lees het volledige verhaal over analysetechnieken in de kunst in het septembernummer van De Ingenieur.

Download de app, en/of neem een abonnement!