De grote verbouwing
De bouwwereld staat op een keerpunt: niet langer is nieuwbouw de sterkste pijler van de sector, maar voortaan zijn renovatie en herbestemming van de bestaande bouw het belangrijkst. ‘Door de crisis zijn bedrijven zich gaan realiseren dat ze een nieuwe markt moeten creëren.’ Straks komt de nulenergiewoning uit de fabriek en krijgen markante leegstaande kantoorpanden een andere bestemming.
tekst ir. Frank Biesboer
De tijden dat er grootschalig nieuwe wijken, bedrijventerreinen en kantoorparken werden ontwikkeld, zijn voorbij, zo concludeerde het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) afgelopen najaar. Nederland zal het min of meer moeten doen met de 7,5 miljoen woningen en 1,1 miljoen andere gebouwen die er zijn.
Dat wil echter niet zeggen dat er niets meer hoeft te gebeuren. De leegstand van kantoren bedraagt op dit ogenblik ruim 15 %, oftewel 7,8 miljoen m², en daar komt nog eens 2,7 miljoen m² bij door het afstoten van overheidsgebouwen. Die leegstand is structureel, want aan al die vierkante meters is gewoonweg geen behoefte meer. Voor de woningvoorraad geldt dat in 2050 nog steeds zo’n 70 % zal bestaan uit huizen die voor 2010 zijn gebouwd, en die wat betreft wooncomfort en energiegebruik niet meer voldoen.
De consequentie van dit alles is dat voortaan begrippen als nulenergierenovatie, herbestemming en sloop leidend zullen zijn voor de bouw. In een tweeluik, ‘Nul op de meter’ en ‘Make-overs’, schetst De Ingenieur hoe bouwbedrijven, architecten, academici en ontwikkelaars zoeken naar een innovatieve aanpak in deze nieuwe markt.
Lees het artikel over 'Nul op de meter' via eLinea.