Afgelopen week lanceerde Tesla de software die zijn recente Model S en de nieuwe Model X op de snelweg zelfstandig laat rijden.  Hou de handen wel aan het stuur, maant Tesla-ceo Elon Musk.

De update is weer een nieuwe stap in de richting van de zelfrijdende auto, niets minder, maar zeker ook niets meer. Het idee dat de nieuwste uitvoering van de Tesla zelfstandig kan rijden klopt namelijk niet: ze kunnen het een beetje. Dat is op zich echter al heel wat.

Een Tesla met Autopilot-software kan op de snelweg afstand houden tot zijn voorganger, zijn rijbaan aanhouden en zelfstandig van rijbaan verwisselen zodra de bestuurder daar een teken voor geeft. Dat is het. Als de rijbaanmarkering onduidelijk is of door sneeuw of mist niet goed te zien, dan zal de bestuurders alles zelf moeten doen.

Nu is het houden van de rijbaan en op de juiste afstand de voorganger volgen allang geen uitzondering meer. De zogeheten Active Cruise Control en Lane Departure Warning zijn al bij veel automerken ingebouwd, tot aan de middenklassers.

Rijbaan wisselen

Het zelfstandig van rijbaan verwisselen bij de Tesla is wel nieuw, hoewel, de auto doet het alleen als de bestuurder de opdracht geeft. Die moet dus de verkeerssituatie inschatten, de richtingaanwijzer aanzetten, en vervolgens doet de Tesla de rest, dat dan weer wel. Tegelijkertijd checkt de Tesla ook zelf of het van baan wisselen inderdaad veilig kan.

De voertuigen maken gebruik van de volgende hardware: zes ultrasone langeafstandssensoren in de voor- en achterbumper, een camera achter de voorruit, radar in de voorbumper en een GPS-systeem. De software bevat gedetailleerde kaarten van het snelwegnet. Anders dan de zelfrijdende auto van bijvoorbeeld Google en andere automerken bevat de Tesla geen laserradar (lidar), die wordt gebruikt om de auto een beeld te geven van de weg en (het gedrag van) de medeweggebruikers.

Ook nieuw bij Tesla is dat alle voertuigen die met de autopilot werken via een netwerk met elkaar zijn verbonden en van elkaars rijervaring ‘leren’.  Dat betreft vooral informatie over de coördinaten van weg. Data die de Tesla’s genereren worden centraal verwerkt en vervolgens naar de voertuigen terug gestuurd. ‘Op die manier verbeteren we de kaartinformatie  tot een hoog precisieniveau’, aldus Musk bij de presentatie van de Autopilot afgelopen week. De zo verkregen kaarten zijn ook voor kaartenmakers of andere automerken te koop.

Variabele snelheidsaanduidingen zoals hier in Nederland via de matrix- en spitsstrookborden herkent de Tesla niet

Bijzonder is ook dat een software-update voldoende is om de al met de benodigde hardware uitgeruste voertuigen een autopilot te geven. Andere automerken hanteren een one-go-one-stop-model: je koopt een bepaalde uitvoering van de Mercedes, BMW, Audi of Honda, en dat is het dan.

De autopilot werkt alleen op de snelweg, die bovendien moet zijn voorzien van duidelijke rijbaanmarkering. Zo klaagde Musk tijdens de presentatie dat de rijbaanmarkering in Californië tekort schiet. Hier dwingt de nieuwe technologie tot een ander wegbeheer. Variabele snelheidsaanduidingen zoals hier in Nederland via de matrix- en spitsstrookborden herkent de Tesla niet.  

Tijdens de presentatie benadrukte Musk dat de automobilist zijn handen aan het stuur moet houden.  ‘Het systeem is nieuw en nog in ontwikkeling.’ Ongetwijfeld speelt hier ook de aansprakelijkheid een rol: de bestuurder blijft te allen tijde verantwoordelijk. Laat de bestuurder het stuur los, dan maant de auto je na enkele seconden het stuur weer in handen te nemen.