De vooruitzichten voor nucleaire veiligheid, het voorkomen dat verrijkt of radioactief materiaal in verkeerde handen valt, zijn niet al te positief, zo bleek tijdens de Nuclear Knowledge Summit in Delft.


Het aantal landen dat met de kernenergie aan de slag gaat breidt enorm uit, terwijl ze lang niet alle beschikken over de instituties en expertise om de veiligheid te garanderen;  in de landen die een lange ervaring hebben met kernenergie erodeert de kennis; bestaande instituties en verdragen zijn niet geschikt om bij de groei van het gebruik van kernenergie de veiligheid te borgen, het zijn de belangrijkste opmerkingen tijdens de Nuclear Knowledge Summit van 23 maart in Delft.

Die uitbreiding van het aantal kerncentrales, meer dan honderd de komende tien tot twintig jaar, waarbij er zo’n vijftig landen bij komen die tot op heden niet over kernenergie beschikken, valt te lezen in de database van de Nuclear Association. De Amerikaanse hoogleraar Steven Miller van de Harvard University ziet niet dat in al die landen een maatschappelijk verankerde gemeenschap aanwezig is die met kennis en middelen in staat is om een hoogwaardige veiligheid te garanderen. ‘En wat is veilig genoeg. Dat is een vraag waar zelfs de westerse landen nog niet uit zijn’, aldus Miller.

Ook de bestaande internationale vedrdragen en afspraken schieten volgens hem te kort. ‘Je ziet dat al in wat nu gaande is met Noord-Korea en Iran. Gaan we op de huidige voet verder, dan hebben we in de toekomst tientallen van dit soort conflicthaarden.’

Het dreigend tekort aan ervaren expertise werd aangekaart door Prof. Karl Von Bibber van de Berkeley Universiteit. ‘Wat goed gaat is dat het aantal studenten op het gebied van nuclear engineering jaarlijks met 20 % toeneemt. Maar het probleem is dat er voor die studenten weinig banen beschikbaar zijn. Non-proliferatie drijft op kennis van kernwapens. Die kennis dreigt te eroderen.’

Volgens dr. Peter Bode, directeur van de Nuclear Security Master aan de TU Delft, staan de nieuwe kernenergielanden voor een enorme uitdaging. ‘De planning van zo’n centrale duurt al gauw vijftien jaar. De hoogleraar die het project draagt is tegen de tijd dat de centrale in werking treedt met pensioen. En het is een illusie te denken dat je er wel bent door even een expert vanuit een ander land in te vliegen: nucelaire expertise betekent dat je in allerhande nationale gremia moet kunnen opereren, dat vereist nationale geworteldheid van de expert.’ En verder: ‘We hebben geen mensen meer die ervaring hebben met atoomrproeven. Als we straks ook de mensen kwijt raken die centrales hebben gebouwd en door en door kennen, hoe is dan nog adequate verificatie mogelijk? Dat is een probleem waar de huidige nucleaire gemeenschap geen antwoord op heeft.'

Van een aantal speeches zijn er uitgebreide verslagen.

Steve Miller: het kernenergielandschap gaat ingrijpend veranderen
Behnam Taebi: veilig ontwerp van een kerncentrale
William Nuttall: Ontwerp een internationaal erkende testreactor