Nu de Verenigde Staten een nieuwe koers varen, is Europa op allerlei gebieden bezig zijn onafhankelijkheid te vergroten. Maar sommige zaken zijn al op orde. Galileo bijvoorbeeld, het satellietnavigatiesysteem van de Europese Unie. Galileo kan onafhankelijk posities bepalen en is nauwkeuriger dan het Amerikaanse gps.

Satellietnavigatiesysteem Galileo is sinds 2003 door de Europese Unie en de Europese ruimtevaartorganisatie ESA ontwikkeld en eind 2016 in werking getreden. Het is een aanvulling op de satellietnavigatiesystemen gps van de Verenigde Staten, Glonass van Rusland en BeiDou van China. Een groot verschil tussen Galileo en die andere systemen is dat Galileo onder controle is van civiele autoriteiten. Al de andere systemen zijn militair.

Bezwaren

Het was destijds geen vanzelfsprekendheid dat Europa met een eigen GNSS (global navigation satellite system) zou komen, vertelt Peter Buist, manager bij het Galileo Reference Centre van de EUSPA (EU Agency for the Space Programme), in Noordwijk. ‘Toen de discussie om Galileo te gaan ontwikkelen eind jaren negentig op gang kwam, was gps in Europa al vrij beschikbaar. Waarom zou daar een eigen Europees systeem bij moeten?’

In reactie op de discussie schakelde Amerika bovendien de selective availability uit – een stoorsignaal dat de nauwkeurigheid van het militaire systeem opzettelijk verslechterde voor civiele gebruikers. Daarmee verbeterde de kwaliteit van de gps-gegevens aanzienlijk, en verminderde de noodzaak voor een Europees systeem nog verder.

Toch hakte de Europese Unie in 2003 de knoop door: er kwam een Europees GNSS. Omdat de ruimte-infrastructuur steeds belangrijker werd voor strategische, technische en commerciële doeleinden, wilde Europa niet te afhankelijk zijn van andere systemen. Buist: ‘Die kunnen namelijk altijd toch weer minder nauwkeurig worden ingesteld of zelfs uitgezet. Wereldwijd, maar ook lokaal, bijvoorbeeld alleen boven Europa.’

Amerika was geen voorstander van een Europees GNSS, en drong er in 2001 op aan dat Europa het initiatief zou afblazen. De zorgen waren dat Galileo het Amerikaanse gps in de weg zou gaan zitten, en dat de vijand toepassingen van Galileo zou kunnen gebruiken zonder dat Amerika de mogelijkheid had daar iets aan te doen.

Nauwkeurig

Het ontwerp van Galileo bestaat uit dertig satellieten, waarvan er inmiddels 27 in een baan om de aarde zijn gebracht, op een hoogte van ruim 23.000 kilometer. Twee belandden wegens een lanceerfout in een verkeerde baan en zijn daarom buiten bedrijf.

Het systeem heeft een hoge precisie: Galileo is het nauwkeurigste GNSS ter wereld. Waar gps het moet doen met een nauwkeurigheid van een meter of vier, is die bij Galileo één meter – en in sommige gevallen zelfs minder.

‘Galileo heeft een Open Service (OS), een Public Regulated Service (PRS) en een High Accuracy Service (HAS)’, zegt Buist. ‘De Galileo OS is al nauwkeuriger dan de OS van de andere systemen, en HAS is nog veel nauwkeuriger. Met Galileo OS weet een automobilist op welke weg hij rijdt, met Galileo HAS op welke rijstrook.’

Onafhankelijk

Vaak worden de gegevens van Galileo in combinatie gebruikt met die van gps, maar nodig is dat niet. In het International Committee for GNSS van de Verenigde Naties is afgesproken dat GNSS-systemen elkaar niet verstoren, en ook samen moeten kunnen worden gebruikt, vertelt Buist. ‘Daardoor kunnen gebruikers nu alle vier systemen naast elkaar gebruiken om de locatie van de telefoon te bepalen. Dat kan met een combinatie van alle GNSS-systemen, maar ook met Galileo alleen.’

Vijandelijke ingrepen

Toch is zelfs een onafhankelijk navigatiesysteem geen ultieme garantie tegen vijandelijke ingrepen. In sommige brandhaarden in de wereld is momenteel al sprake van moedwillige verstoringen van navigatiesignalen, in de vorm van we interference (verstoring van het signaal), jamming (het laten wegvallen van het signaal) en spoofing (het namaken en vervolgens manipuleren van GNSS-gegevens).

Om hiertegen weerstand te bieden, heeft Galileo de OS Navigation Message Authentication (OSNMA) Service, een technologie die is ontworpen om de authenticiteit van navigatieberichten van Galileo-satellieten te garanderen.

Reddingsacties

Daarnaast levert Galileo ook nog een bijdrage aan de Search and Rescue Service. Dat betekent dat de Galileo-satellieten een extra transponder aan boord hebben voor het doorgeven van noodsignalen van bijvoorbeeld maritieme gebruikers. Buist: ‘Galileo kan dan de locatie van de gebruiker bepalen en een bevestiging sturen dat hulp onderweg is.’ 

Economisch profijt

Galileo is niet alleen ontwikkeld vanuit politieke, maar ook vanuit economische motieven. De omzet van de wereldwijde GNSS-markt, inclusief hardware en services, zal naar verwachting toenemen van 260 miljard euro in 2023 naar bijna 580 miljard euro in 2033. De Europese Unie vindt het belangrijk dat bedrijven in de EU toegang hebben tot deze markt en daarvan profijt hebben.

Toch zullen de meeste mensen in deze tijd vooral blij zijn met het feit dat Galileo voorkomt dat Europa militair gezien in het nadeel is ten opzichte van kwaadwillenden, of kan worden gechanteerd door het uitschakelen van andere satellietnavigatiesystemen. Al was het maar omdat dat laatste óók grote financiële consequenties heeft, gezien de rol die navigatiesystemen spelen bij de logistiek.

 

Openingsbeeld: ESA