IJsland gaat CO2 uit de lucht te halen, om het daarna in de bodem te pompen en vast te leggen in gesteente. Het CarbFix2-project van de Zwitserse start-up Climeworks en het IJslandse Reykjavik Energy ging afgelopen week van start.

Bijzonder is dat de CO2 bij dit project uit de lucht verdwijnt. Dat verschilt wezenlijk van de CO2-opslag zoals die in het jongste regeerakkoord wordt bepleit (lees: ‘Regeerakkoord: 400 miljoen extra voor onderzoek’). Die is er op gericht om een deel van de CO2-uitstoot van energie-intensieve bedrijven in de bodem op te slaan. Dat voorkomt op zijn best dat er extra CO2 in de atmosfeer komt, maar doet niet aan de hoeveelheid broeikasgas die nu al in de lucht zit. Een tweede verschil is dat bij de opslag die het regeerakkoord voor ogen heeft de CO2 als in een gasfles wordt opgeslagen, terwijl de CO2 in het IJslandse project in de bodem wordt vastgelegd.


Warmte is er genoeg

Climeworks zorgt voor de technologie om de CO2 uit de lucht te halen. Met ventilatoren wordt de lucht door een filter geblazen dat is voorzien van amine, een veelgebruikte stof om CO2 op te nemen. Het lastige punt is dat het verwijderen van de CO2 uit die amines veel warmte kost, en voor de techniek van Climeworks is dat niet anders. Als die warmte echter ruimschoots voorhanden is, dan maakt het niet uit dat het loshalen van die CO2 veel energie kost. En dat is precies het geval op IJsland: het vulkaaneiland bulkt van de geothermische warmte.
 

Zo haalt Climeworks CO2 uit de lucht.

 

Basalt

IJsland heeft nog een tweede voordeel. De ondergrond waar de CO2 terechtkomt uit basaltrots, waarmee het CO2 een verbinding aangaat. Het CO2 blijft dus niet in gasvorm in de bodem, maar wordt onwrikbaar vastgelegd. Vorig jaar bleek ook nog eens dat die mineralisatie veel sneller gaat dan verwacht (lees: ‘Basalt absorbeert CO2 veel sneller dan gedacht’). Inmiddels is er op IJsland de afgelopen drie jaar zo’n 18.000 ton CO2 vastgelegd, volgens Energy Reykjavik voor $ 30 per ton.
 

Het Carbfix2-project: CO2 uit de lucht wordt vastgelegd in basaltsteen.


Het CarbFix2-project gebeurt vlakbij de hoofdstad van IJsland, in Hellisheidi. Daar bevindt zich de grootste geothermische centrale van het land. Die heeft een vermogen van 300 MW elektriciteit en 130 MW warmte. Het project is bedoeld om de technologie te testen, aldus de website van Climeworks. Bij de proef gaat het om het vastleggen van 50 ton CO2 per jaar. Climeworks heeft al een installatie in Zwitserland die jaarlijks zo’n 1000 ton CO2 uit de lucht haalt en levert aan nabijgelegen kassen (lees: ‘CO2-winning uit de lucht voedt paprika’s). Climeworks claimt een prijs van $ 100 per ton CO2.


Minder dan een druppel

Het voordeel van de combinatie van CO2 uit de lucht halen en vervolgens vastleggen in basalt is dat het overal op aarde kan gebeuren, mits er basaltformaties in de bodem beschikbaar zijn. Het afvangen van de CO2 hoeft dus niet per se bij een op fossiele brandstoffen gestookte elektriciteitscentrale of industriële installatie met veel CO2-uitstoot. Tegelijk laten de getallen zien dat de hoeveelheid CO2 die uit de lucht wordt gehaald vooralsnog een druppel op de gloeiende plaat is. Op een totale emissie van zo’n 37 miljard ton CO2 per jaar is 1000 ton erg weinig. Daarnaast zal er niet op elke locatie volop (duurzame) warmte beschikbaar zijn.

Climeworks is niet het enige bedrijf dat CO2 direct uit de lucht wil halen. Global Thermostats gebruikt een soortgelijke technologie als Climeworks, Carbon Engineering gebruikt een systeem met calciumoxide. Carbon Engineering bouwt momenteel een installatie die de opgevangen CO2 niet in de grond opslaat, maar direct met behulp van waterstof omzet in benzine of diesel.

Openingsfoto: de CO-2vanger op IJsland. Foto: Climeworks / Zev Starr-Tambor.