De F-35 is het nieuwste gevechtsvliegtuig dat door fabrikant Lockheed Martin is ontwikkeld voor de Amerikaanse luchtmacht. In Nederland is het toestel onder de oude naam Joint Strike Fighter bekend als opvolger van de F-16.

Vooral de kwaliteiten van het toestel bij lucht- en grondgevechten staan hoog aangeschreven. Tegelijkertijd is het toestel het duurste wapensysteem uit de Amerikaanse geschiedenis, wat het project omstreden heeft gemaakt. Voorstanders zijn van mening dat het toestel niet alleen grote militaire kwaliteit heeft, maar ook de beste mogelijkheden levert voor de ontwikkeling van hoogwaardige technologie. De opdracht voor de productie werd verleend in 2001.


Kostenoverschrijding

In 2010 werd bekend dat F-35 60 tot 95 % meer zou gaan kosten dan oorspronkelijk begroot. Fabrikant Lockheed Martin verwachtte het toestel bij toekenning van de opdracht voor een stukprijs van vijftig miljoen dollar te kunnen produceren. Problemen bij de ontwikkeling hebben het programma echter met ten minste twee jaar vertraagd en de kosten zijn sterk opgelopen. Een analyse van het Amerikaanse ministerie van Defensie wijst uit dat het gevechtsvliegtuig op het prijsniveau van 2002 80 tot 95 miljoen dollar gaat kosten. Met inflatiecorrectie komt dit neer op 95 tot 113 miljoen dollar (70 tot 82 miljoen euro). De kostenstijging heeft ertoe geleid dat de Verenigde Staten uiteindelijk minder toestellen aanschaft.


Straalmotorpech

In 2007 had het toestel tijdens een testvlucht te maken met tegenslag. Zo sloeg er een vonk over in het controlesysteem van de kleppen van de rechter vleugel. Door de kortsluiting viel de elektriciteitsvoorziening aan boord gedurende een fractie van een seconde uit. Een reservesysteem trad direct in werking. Na het incident maakt het toestel een noodlanding, waarbij schade aan onder meer het landingsgestel ontstond. Voor het controlesysteem is een nieuw ontwerp gemaakt, dat reeds in het testtoestel AA-1 zit. Bij de herstelwerkzaamheden bleek de generatorset echter niet aan de specificaties te voldoen, zodat ook deze is vervangen. Met een nieuwe generator aan boord kreeg AA-1 vervolgens tijdens grondproeven motorpech. De derde compressortrap was de boosdoener.

De F-35 is voorzien van de F135-straalmotor van fabrikant Pratt & Whitney. Maximaal levert deze een stuwkracht van 178 kN, waarmee het de krachtigste straalmotor voor een gevechtsvliegtuig ooit is. Ter vergelijking, de motor van de F-16 levert een maximale stuwkracht van 129 kN.

Voor het starten van de straalmotor beschikt de F-35 over een Integrated Power Package (IPP). De IPP bestaat uit een kleine gasturbine met generator, die elektriciteit aan de startmotor levert. Wanneer de hoofdmotor draait, schakelt de gasturbine over naar een stationair toerental en fungeert de startmotor als generator. Het IPP-systeem dient tevens als noodgenerator. Dankzij de IPP is het vliegtuig bij de start niet afhankelijk van een externe compressor.


Geluidsbarrière

In november 2008 doorbrak het toestel voor het eerst de geluidsbarrière met een snelheid van mach 1,05. Gedurende de vlucht boven de staat Texas passeerde AA-1, zoals het eerste exemplaar van de JSF heet, viermaal de geluidsbarrière. Het vliegtuig vloog hierbij op een hoogte van 9144 m en was voorzien van een lading dummywapens met een massa van 2450 kg. Deze lading beïnvloedt het aerodynamische gedrag van het toestel en moet zodoende realistischere testresultaten opleveren.

Met zijn maximale en met name de kruissnelheid is de JSF geen koploper. Het Amerikaanse toestel haalt namelijk alleen een supersone snelheid met inschakeling van de naverbrander, die relatief veel brandstof verbruikt. Moderne concurrenten als de Franse Dassault Rafale en de Zweedse Saab Gripen NG kunnen zonder naverbrander door de geluidsbarrière. Ook ligt de topsnelheid van de F-35 aanzienlijk lager.

Test van de F-135 straalmotor.


Mijlpaal

In 2011 leverde vliegtuigfabrikant Lockheed Martin de eerste in serie geproduceerde F-35 Joint Strike Fighter (JSF) aan de Amerikaanse luchtmacht. Die gebeurtenis vormde voor het sterk vertraagde JSF-programma een belangrijke mijlpaal. Het is namelijk de opmaat voor de operationele introductie van het toestel, dat als het nieuwe werkpaard van de Amerikaanse en ook de Nederlandse luchtmacht moet gaan dienen. Deze introductie vindt op zijn vroegst in 2017 plaats.

Serieproductie is een belangrijk aspect van het programma, omdat dit het toestel relatief goedkoop zou maken. De Ingenieur publiceerde in 2006 een reportage over die serieproductie van de F 35 Lihgtning II, voor een militair toestel een uitzonderlijke aanpak. Door een aantal tegenslagen – het vliegtuig was onder meer veel te zwaar – pakt de ontwikkeling van de F-35 echter duurder uit en ook de financiële voordelen van serieproductie lijken nu tegen te vallen. Binnen de LRIPfase (low-rate initial production) kost het toestel 15 % meer dan voorzien. De exacte kostprijs is niet openbaar gemaakt.


Van 85 naar 37 stuks

De kostenstijging leidde in Nederland in 2012 tot een onderzoek van de Algemene Rekenkamer naar het eventueel stopzetten door Nederland van de aanschaf van de JSF, want de hele krijgsmacht zou wel eens te leiden kunnen hebben van de zware financiële last van het gevechtsvliegtuig.

Toch zou uit het project stappen financieel onverstandig zijn, zo bleek uit het rapport van de Algemene Rekenkamer. Dit vanwege de al geïnvesteerde bedragen en de betrokkenheid van de Nederlandse industrie ('Nederlandse betrokkenheid bij de JSF'). Het oorspronkelijk plan om 85 toestellen te kopen moest wel worden losgelaten en werd omlaag geschroefd naar 56. Er is nu een intentieverklaring getekend voor 37 stuks.

De plaats van de JSF binnen de luchtvaartfamilie. Klik op de prent voor een pdf-uitvoering.

 

Vond je dit een interessant artikel, abonneer je dan gratis op onze wekelijkse nieuwsbrief.