Dubbele dijk langs de Eems
De zeewering langs de Eems bij Delfzijl krijgt een dubbele dijk. Gister presenteerden de betrokkenen het definitieve ontwerp. De dijk aan de zeekant wordt minder hoog, de achterliggende dijk vangt overslaand water op. Het gebied ertussen is een proeftuin voor zilte activiteiten.
Het gaat om een proefproject, zo benadrukken alle betrokkenen bij het project, het waterschap Noorderzijlvest, de provincie Groningen en het Hoogwaterbeschermingsprogramma van Rijkswaterstaat en de waterschappen. Want de versterking van de bij toetsing afgekeurde dijk had ook standaard gekund: verhogen en verbreden, en de zeewering is weer op orde. Net zoals dat ook elders bij de zeedijk wordt gedaan.
Maar voor zo’n 2,5 km is in het kader van dijkinnovatie gekozen voor de dubbele dijk (lees ook 'Dijkversterking moet anders'). Die dient een paar doelen: het laat een andere aanpak van dijkversterking zien, en creëert een zone waar kan worden geëxperimenteerd met zoute teelt en slibopvang. Gisteravond presenteerde waterschap Noorderzijlvest het definitieve ontwerp van de dubbele dijk.
Dubbel is niet vanzelf sterker
Nu klinkt een dubbele dijk al gauw als twee keer zo sterk als een enkele, dus elk afzonderlijke dijk zou met met de helft van de sterkte toekunnen. Maar zo werkt dat niet: want mocht de voorliggende dijk aan de zeekant instorten, dan krijgt de tweede de volle laag, en die moet dan dus ook sterk genoeg zijn om de zee tegen te houden.
Het bijzondere van de dubbele uitvoering zit ’m er in dat de voorliggende dijk niet wordt verhoogd. ‘We staan hier toe dat het water veel vaker bij een storm over de dijk heen slaat’, zegt Marco Veendorp van het dijk-innovatieprogramma POV-Waddenzeedijken. De tweede dijk, verderop, is er dan om het overslaande water tegen te houden. ‘Die heeft dus een relatief bescheiden taak.’
Het betekent dat de voorliggende dijk sterk genoeg moet zijn en niet mag falen doordat overslaand water het binnentalud wegspoelt. ‘De dijk krijgt landinwaarts een bredere berm, en het talud aan de binnenkant versterken we met klei. Hij wordt dus sterk genoeg.’ De achterliggende dijk hoeft aan minder stringente eisen te voldoen.
Zilte aardappelen
De plannen voor het tussengebied zijn nog niet helemaal uitgekristalliseerd. Uiteindelijk moeten private exploitanten de experimenten voor hun rekening nemen. Maar er zijn al wel ideeën, zoals zilte teelt van aardappelen waarmee nu op Texel wordt geëxperimenteerd. Of een aquacultuur, de teelt van vissen en schaaldieren.
Er komt ook een experiment met slibopvang. Het water in het Eems-Dollard bekken is nogal troebel, wat ongunstig is voor de biologische kwaliteit van het water. Door het zeewater in het slibvangbekken binnen te laten kan het slib bezinken, en vervolgens wellicht worden gebruikt als bouwmateriaal. ‘De brakwaterzone die er ontstaat is ook interessant als nieuw natuurgebied.’
Het is de bedoeling dat de verbreding van de bestaande zeedijk, de aanleg van de achterliggende dijk, de inrichting van het tussengebied en een inlaatwerk voor het zeewater eind volgend jaar gereed zijn.