Wanneer steden leren hun big data te gebruiken, kunnen ze  beter functioneren. Dat was de belangrijkste boodschap tijdens de lancering van het Amsterdam Metropolitan Solutions instituut.


De controlekamer van Rio de Janeiro (foto IBM)

Een concreet onderzoeksprogramma heeft het instituut, een samenwerkingsverband van de gemeente Amsterdam, de TU Delft, de Wageningen Universiteit en Research en het Amerikaanse MIT nog niet, maar de sprekers tijdens de lancering van AMS legden allen de nadruk op het beter in kaart brengen van de dynamiek van de stad. Speciaal voor de bijeenkomst had de Wageningse hoogleraar geo-informatiewetenschappen Arnold Bregt met zijn studenten een klein experiment gedaan. Vier plastic waterflesjes werden voorzien van een gps-tag en na gebruik ergens in de gracht gegooid. Twee bleken na twee dagen te zijn opgevist door de stadsreiniging, twee zijn verdwenen.  ‘Dat zegt dus iets over de effectiviteit van de grachtenvegers.’ De meeste data waar steden nu over beschikken zijn vooral statisch. ‘Die bieden geen zicht op processen, terwijl die bepalend zijn voor de wat er in de stad om gaat.’ Als voorbeeld noemde hij de volstrekt inefficiënte wijze van pakjesbezorging. ‘We moeten dus nieuwe methoden ontwikkelen om van die processen data te verkrijgen en die zo te analyseren dat we er iets mee kunnen.’

De Delftse hoogleraar milieutechnologie Arjan van Timmeren plaatste bij die dataverzameling een kanttekening. ‘Maak er geen ict-project van, hoe belangrijk dat ook is. Want er mag dan gelden dat de Future is in the cloud, the solutions are on the ground. Al die data-verzameling heeft alleen zin wanneer we in staat zijn om de uitkomsten daarvan te verbinden aan onze handelingen in het fysieke.’


Greg Lindsay van het World Policy Institute                      (foto Julia Gunther)

Greg Lindsay van het World Policy Institute gaf het initiatief nog een andere waarschuwing mee: doe niet als Rio de Janeiro. Het smart city project dat daar door IBM en het stadsbestuur is opgezet heeft als resultaat een immense controlekamer van waaruit in de stad wordt ingegrepen. ‘Zo’n aanpak heeft geen toekomst.’

Hij waarschuwde ook voor een te grote focus op efficiecy. 'Dat is heel verleidelijk, met big data je processen verbeteren, of minder energie gebruiken. Maar volgens hem is de belangrijkste opgave om het unieke van de stad te versterken, en dat is dat mensen elkaar ontmoeten, transacties aangaan, elkaar inspireren tot nieuwe ideeën en die omzetten in nieuwe activiteiten. ‘Het gaat om engineering van serendipiteit, het ontdekken van het onverwachte.’ En dat is een opgave, omdat de groei van de steden vooral het karakter heeft van suburbanisatie, vergroting van het ruimtebeslag, wat die toevallige ontmoetingen niet bevordert. ‘Het ideaalbeeld van de stad is die van de hersenen, waar de synapsen steeds weer nieuwe verbindingen leggen.’