Voor de veiligheid in Groningen moet de gasproductie worden gehalveerd, zo adviseert het Staatstoezicht op de Mijnen (SodM). Harde garanties geeft die maatregel niet, het is de best denkbare maatregel.

Het advies om de gasproductie te halveren van het Staatstoezicht op de Mijnen volgt op de zware beving in het Groningse Zeerijp, bijna vier weken geleden (lees ‘Groningen krijgt nog meer zware aardschokken’). Onlangs liet de NAM al weten dat halvering van de gaswinning de kans op een zware aardschok zou halveren (lees ‘NAM: halvering gaswinning halveert kans op zware aardbeving’).


Geen woning onder de veiligheidsnorm

Het staatstoezicht volgt een andere redenering om tot zijn advies te komen: zorg dat het veiligheidsrisico voor de bewoners minstens onder een kans van 1:10.000 blijft: dat is de maximaal toelaatbare kans om als gevolg van vallend puin of het instorten van een huis te overlijden. Die veiligheidsnorm is overigens een factor tien minder streng dan normaal in Nederland geldt voor veiligheid bij industriële installaties.

Het staatstoezicht gebruikt vervolgens de veiligheidsanalyse van de NAM (lees ‘Groningen nog steeds structureel onveilig’) om tot zijn advies te komen. Het gaat daarbij heel streng te werk, door namelijk de uiterste waarde van de NAM-berekeningen te hanteren. Normaal wordt een statistisch gemiddelde als maat aangehouden, het staatstoezicht kiest daar bewust niet voor.

Uit de berekeningen van de NAM volgde dat volgens het statistisch gemiddelde alle woningen voldoen aan de 1:10.000 veiligheidsnorm bij een winhoeveelheid van 24 miljard m3. Volgens de extreme waarden zijn er woningen met een risico van 2:10.000. Ervan uitgaande dat risico en hoeveelheid gasproductie aan elkaar zijn gekoppeld, concludeert het staatstoezicht dat een halvering van de gasproductie nodig is om te zorgen dat alle woningen voldoen aan die 1:10.000-eis.


Beste schatting

Het staatstoezicht erkent zelf dat de voorgestelde halvering een beste schatting is. De modellen die de NAM hanteert om de veiligheidsrisico’s te voorspellen zijn omgeven met grote onzekerheden en ‘niet betrouwbaar genoeg om het veiligheidsrisico te toetsen’. Het staatstoezicht kan ook niet garanderen dat het halveren van de gasproductie de intensiteit van de aardbevingen voldoende zal terugdringen.


Grootscheeps van het gas af

Uiteindelijk moet minister Wiebes van Economische Zaken beslissen over de gasproductie en hij liet in een reactie weten het advies te volgen om de gasproductie te halveren.

De keerzijde is dat er leveringsverplichtingen zijn: aan bewoners, bedrijven en het buitenland. Volgens gastransporteur Gasunie is er bij een zachte winter minstens14 miljoen m3 gas nodig is, wat bij een strengere winter al gauw kan oplopen tot 27 miljard m3. Nu is het Groningerveld niet de enige gasleverancier: er zijn ook kleinere velden en er wordt ook gas uit andere landen gebruikt.

Onlangs deed de minister al een eerste stap om de vraag naar Gronings gas te verminderen: de grootste industriële gasgebruikers kregen te horen dat ze over vier jaar van het Groningen gas af moeten. Dat scheelt een verbruik van 5,5 miljard m3.


Hoe lang de aardschokken voortduren is onbekend

Volgens topambtenaar Ruud Cino van Economische Zaken is het de bedoeling dat de minister eind maart met een aantal scenario’s komt om de gasproductie metterdaad te halveren. ‘Top op heden stond bij ons de leveringsgarantie centraal. We draaien dat nu om: wat is nodig voor de veiligheid en hoe komen we daar’, zo zei hij tijdens de conferentie Science beyond Groningen Gas Field die het Geologisch genootschap KNGMG en het Koninklijk Instituut Van Ingenieurs (KIVI) vandaag organiseerden.

De meest opmerkelijke conclusie van de conferentie was dat er wetenschappelijk geen enkele uitspraak is te doen over hoe lang de aardbevingen zullen voortduren, ook als de gaswinning per direct compleet zou worden gestopt. De aarde zal blijven rommelen zolang aardlagen zich moeten zetten vanwege de drukverlaging in de gashoudende zandsteenlaag.