Computerprogramma AlphaGo heeft drievoudig Europees go-kampioen en professional Fan Hui in een match over vijf partijen met 5-0 verslagen. Het bewijst opnieuw de kracht van deep learning, big data en grote rekenkracht.

AlphaGo is ontwikkeld door een groep onderzoekers van het bedrijf Google DeepMind, onder leiding van David Silver en Demis Hassabis. Zij publiceerden hun resultaten vanavond in het wetenschappelijke tijdschrift Nature. Uit het artikel blijkt dat de match tegen de Europees kampioen in het geheim al tussen 5 en 9 oktober 2015 werd gespeeld, nadat AlphaGo eerder al 494 van de 495 partijen had gewonnen tegen concurrerende computer-go-programma’s.

Dat IBM-schaakcomputer Deep Blue in 1997 toenmalig wereldkampioen schaken Garry Kasparov versloeg werd wereldnieuws. Daarna werd go de nieuwe uitdaging voor spelende computers. Waar schaken naar schatting ongeveer 1038 geldige stellingen kent, tikt go aan bij het schier onvoorstelbare aantal van 10171. Ter vergelijking: Het aantal atomen in het universum wordt geschat op 1080.

Patroonherkenning

De meeste go-insiders dachten dat het nog vijf tot tien jaar zou duren eer computers zich zouden kunnen meten met menselijke topspelers. Naast de enorme zoekruimte, is de sterkte-evaluatie van stellingen bij go veel moeilijker dan bij schaken. Gevraagd waarom ze een bepaalde zet spelen, komen zelfs topspelers soms niet verder dan: ‘deze zet voelt gewoon goed’; het resultaat van onbewuste patroonherkenning door jarenlange intensieve training. Hoe stop je dat in een computerprogramma? Dat was de uitdaging voor Silver, Hassabis en hun collega’s.

Dat het in 2016 al is gelukt, komt door een combinatie van het huidige ‘toverwoord’ uit de kunstmatige intelligentie Deep Learning (leren via diepe neurale netwerken), big data (leren van veel partijen) en grote rekenkracht (gedistribueerd rekenen op 1202 CPU’s en 176 GPU’s). AlphaGo leerde zowel van wat mensen, als van partijen tegen zichzelf en tegen andere go-computers. Het grote voordeel van AlphaGo is dat hij veel meer partijen kan analyseren dan mensen dat kunnen en daardoor sterke of zwakke patronen kan vinden die mensen nog nooit hebben opgemerkt; hij wordt ook nooit moe en maakt geen domme rekenfouten. Vergeleken met Deep Blue gebruikt AlphaGo veel meer spelintelligentie in plaats van brute rekenkracht, juist dankzij die patroonherkenning.

Het succes dat Deep Learing in de afgelopen jaren heeft geboekt onder andere bij het herkennen van beelden, lijkt van de drie factoren verreweg de belangrijkste. Bij Google DeepMind werken dé experts op dit terrein. In 2015 vertelde Daan Wierstra, een Nederlandse onderzoeker van het bedrijf, tegenover De Ingenieur: ‘Deep Learning is een vorm van leren die enigszins geïnspireerd is op het leren in het menselijk brein. Het idee is dat een netwerk van kunstmatige neuronen in lagen wordt verdeeld. Elke laag neemt een deel van de patroonherkenning voor zijn rekening. Neurale netwerken bestonden al veel langer, maar pas in 2006 vielen verschillende puzzelstukjes op hun plaats. De computerkracht was toen groot genoeg om netwerken van duizenden neuronen met miljoenen parameters te simuleren. En de netwerken werden diep door tot wel tien lagen te combineren. Inmiddels halen we zelfs bijna twintig lagen.’ Desgevraagd zegt Wierstra over AlphaGo: ‘De voortgang die we het laatste jaar hebben geboekt op meerdere gebieden is echt fenomenaal, ver boven mijn verwachtingen.’

Miljoen dollar wedstrijd

De klus voor AlphaGo is echter nog niet helemaal geklaard. In maart van dit jaar neemt AlphaGo het in een 1-miljoen-dollar-wedstrijd op tegen de beste menselijke go-speler van de afgelopen tien jaar, de Zuid-Koreaan Lee Se Dol. Dat wordt de go-variant van Kasparov versus Deep Blue. Lee Se Dol (9-dan) is nog een stuk sterker dan de Europees kampioen (2-dan). Hij reageerde tegenover Nature over het oprukken van AlphaGo en de aanstaande match: ‘Ongeacht het resultaat gaat dit een belangrijke stap in de geschiedenis van go worden. Ik heb gehoord dat de kunstmatige intelligentie van Google DeepMind verbazingwekkend sterk is en nog sterker wordt, maar ik ben er van overtuigd dat ik kan winnen, tenminste deze keer.’(Bennie Mols)