Publieke werker
Primadonnagedrag is haar vreemd en ze voelt zich weer een student die barst van de ideeën. Als directeur van architectenbureau Mecanoo ontwerpt ir. Francine Houben gebouwen waarin de mens centraal staat en die aansluiten bij de lokale cultuur. Haar volgende project is het renoveren van de openbare bibliotheek in New York.
tekst Desiree Hoving illustratie Marcel Groenen
Toen ir. Francine Houben in juli dit jaar haar zestigste verjaardag vierde, vroeg ze haar gasten om een herinnering mee te brengen. Een van die gasten was Adri Duivesteijn, die vanaf 1984 als wethouder van de gemeente Den Haag verantwoordelijk was voor de bouw van het nieuwe stadhuis. Hij herinnerde zich dat Houben hem daar in 1988 ontzettend mee heeft geholpen. ‘Wat eigenlijk niemand weet, is waarom het stadhuis in Den Haag als publiek gebouw zo’n doorslaand succes is geworden’, zei hij in de verjaardagsspeech.
Omdat de gemeente Den Haag destijds vreselijk bang was voor enorme financiële overschrijdingen, hoopte men de kosten te drukken door winkels, banken en eetgelegenheden op de begane grond te plaatsen. ‘Dat knaagde, het voelde niet goed’, zegt Duivesteijn. Hij nodigde de toen net afgestudeerde Houben – ‘een echte vakvrouw met een nog voorzichtige, verkennende ingetogenheid en een enorme gedrevenheid’ – uit om te gaan eten in het Scheveningse restaurant India Palace, waarhij de immens grote lichtdruktekeningen op tafel legde om te bespreken. ‘Francine verdween in de tekeningen, stelde vragen, analyseerde en begon opnieuw te vragen.’ De ober ergerde zich en vroeg hun de tekeningen op te rollen en vooral aandacht te besteden aan de maaltijd. Hij overtuigde hen niet, waarop hij een tafel aanschoof. Zo konden de tekeningen toch uitgerold blijven liggen, terwijl het eten tot zijn recht kwam.
Aan het eind van de avond nam Houben de tekeningen mee naar huis. Ze ging ’s nachts aan het werk en de volgende dag lag er een gele envelop met het logo van Mecanoo – het architectenbureau dat ze in de jaren tachtig met drie anderen oprichtte – in de brievenbus van de wethouder. Daarop besloot Duivesteijn om het stadhuis niet meer commercieel te ontwikkelen, maar terug te gaan naar het oorspronkelijke idee van een publiek gebouw. ‘Volgens mij laat dit voorbeeld haar talent zien en verklaart het ook waarom zij de architect is die zij geworden is’, licht Duivestijn toe.
Soepkeuken
Houben werkt nog steeds bij Mecanoo in Delft, als enige van de vier oorspronkelijke oprichters. Haar publieke gebouwen staan in Europa, Amerika en Azië, waar ook kantoren van Mecanoo zijn te vinden. In Nederland ontwierp ze onder meer de universiteitsbibliotheek van de TU Delft (1997). Ook de hoogste woontoren van ons land Montevideo (2005) in Rotterdam, en het Amsterdam University College op het Science Park in de hoofdstad (2012) zijn van haar hand.
Bij dat laatste gebouw, dat in 2013 de Amsterdamse Architectuur Prijs (Gouden A.A.P.) won, werkte ze samen met prof.dr. Marijk van der Wende. ‘Je merkt dat Francine iemand is die echt voor de publieke sector wil bouwen. Ze voelt zich daar niet te chic voor, terwijl ik denk dat veel architecten dat wel doen. Ze laat het sociale doel van het gebouw prevaleren boven modieuze of opschepperige dingen. Ze heeft geen primadonnagedrag en werkt niet ter meerdere eer en glorie van haarzelf.’
Dat zag Van der Wende ook in Birmingham, waar Houben een nieuwe openbare bibliotheek ontwierp, de grootste van Europa, en bij het gemeentecentrum dat ze in Boston maakte. ‘Toen viel me op dat ze kijkt naar wat er al is en hoe ze dat beter kan maken. Ze heeft respect voor de historie en de identiteit van een plek, zelfs als die bijna hopeloos lijken in de ogen van een leek. Ik vond Birmingham een toegetakelde stad en Dudley Square in Boston is een echte achterbuurt, maar zij is toch in staat iets moois en verfijnds te inden. Ze doet dat door er eindeloos rond te lopen en in dialoog te gaan met alle mensen die zich ermee wilden bemoeien: degene van de soepkeuken om de hoek tot politici op het pluche. Ik denk dat veel andere architecten niet zo’n zin hebben om al dat geleuter aan te horen – en dat dan ook nog in een ander land met mensen van veel verschillende culturen.’
Ze laat het sociale doel van het
gebouw prevaleren
Geen wonder dus dat Houben dit jaar de Prins Bernard Cultuurfonds Prijs ontving. ‘Haar gebouwen kenmerken zich door een combinatie van esthetiek, vriendelijkheid en gastvrijheid’, vond het college van adviseurs van het Cultuurfonds, die haar gebouwen zien als voorbeelden van een architectuur waarin de mens centraal staat en die aansluit bij de lokale cultuur. En dat wordt gewaardeerd. Mecanoo is in september geselecteerd om de New York Public Library te renoveren. ‘Vanwege haar vermaarde humanistische en toegankelijke ontwerpen en haar respectvolle ruimtelijke ontwikkeling’, zo staat in het persbericht dat het Delftse architectenbureau rondstuurde.
Sinds een paar jaar zijn haar drie kinderen het huis uit. ‘Heerlijk, weer een leven voor mezelf’, zei ze twee jaar geleden in een interview in tijdschrift Zin. ‘Na mijn werk holde ik altijd naar huis, maar nu hoeft dat niet meer. Het voelt alsof ik weer student ben. Ik barst van de ideeën.’ En even later in dat interview zegt ze: ‘Veel bekende architecten maken hun beste werk pas na hun vijftigste.’ Wie weet wat we nog van Houben kunnen verwachten.
Naam Francine Houben | Leeftijd 60 | Titel ir. | Opleiding Architectuur, TU Delft | Functie directeur Mecanoo
De rubriek Kopstuk presenteert een portret van een ingenieur die bijzondere prestaties op zijn naam heeft staan.