‘Voorsprong door techniek.’ Echt waar?, vraagt redacteur Jim Heirbaut zich af in zijn maandelijkse column. Deze keer: het succes van de hippe VanMoof-fiets roept een tegenbeweging op.

‘Grommmm!’, schreeuwde de fiets. Ik wilde aan een ­Amsterdamse gracht mijn eigen fiets uit het rek halen, en een hip VanMoof-exemplaar maakte me aan het schrikken. Ik had per ongeluk het rijwiel aangestoten en dit had een alarm doen afgaan. Daar kwam de eigenaar al aanlopen, gelukkig glimlachte hij. ‘Ja, hij gaat vrij snel af, sorry.’

Het gegrom van de fiets ging gepaard met het op­lichten van een doodshoofd op een raster witte ledlampjes in de horizontale buis van het frame. Die witte ledjes samen vormen een soort beeldscherm dat eenvoudige graphics kan vertonen.

Later begon ik het geluid van de elektrische VanMoof te herkennen. Op het schoolplein hoor ik het nu ook om de haverklap. Een van de moeders rijdt op zo’n fiets en om het minste of geringste gaat dat alarm af. Hoofdschuddend en met het schaamrood op haar kaken (of beeld ik me dat in?) haalt ze dan haar telefoon tevoorschijn om met een speciale app het alarm uit te schakelen.

Ik overdenk dit alles terwijl ik op mijn eenvoudige, analoge stadsfiets – een donkerblauwe Gazelle, geschat bouwjaar 2003 – door het Vondelpark fiets. Wauw, er zijn nu dus fietsen met een geluidskaart en een ledscherm, te bedienen met een app op je telefoon. Nu weet ik dat ze Tesla’s al jaren ‘iPads op wielen’ noemen, maar bij VanMoof kunnen ze er dus ook wat van. 

Toen ik ruim tien jaar geleden in Amsterdam kwam ­wonen, was VanMoof nog een kleine fietsenbouwer. In een werkplaats in hartje stad maakte het bedrijf robuuste ­fietsen met een bijzonder ontwerp, te herkennen aan de dikke ronde buizen in het frame en een recht stuur. De enkeling die destijds al een VanMoof had, etaleerde zijn goede smaak qua design, een beetje zoals de dragers van zwarte coltruien of brillen met dik, zwart montuur.

Collectief de Rode Fiets wil de eigenaren van een VanMoof-fiets wakker schudden

Inmiddels zijn de fietsen ongekend populair, zeker sinds VanMoof elektrische varianten op de markt bracht. Overal in Amsterdam rijden mensen rond op deze prijzige yuppen­fietsen en het bedrijf brengt steeds nieuwe modellen uit. VanMoof mikt daarbij hoog: het wil naar eigen zeggen een miljard mensen wereldwijd op de fiets helpen.

Daarbij schiet VanMoof wel een beetje door, merkte journalist Marcel ten Hooven. Amper een maand nadat hij een VanMoof-fiets had gekocht, begon het bedrijf hem alweer lastig te vallen met filmpjes van nóg nieuwere typen, met nóg meer snufjes, schrijft hij in NRC. ‘Het was duidelijk dat ik alweer nieuwsgierig moest worden gemaakt naar het nieuwe model.’ Zijn conclusie: ‘VanMoof zit klem tussen image building en winstmaximalisatie.’ VanMoof groeit intussen driftig verder, geholpen door tientallen miljoenen aan durfkapitaal.

In Amsterdam bracht dit een tegenbeweging(-kje) op gang: Collectief de Rode Fiets. Dit groepje trekt er ’s nachts op uit om VanMoof-fietsen op te tillen, door elkaar te schudden en zo ook het tweede alarm te doen afgaan, dat maar blijft loeien. Ze willen de eigenaren wakker schudden. Het doel: verzet tegen wat de groep ziet als een uitwas van het laatkapitalisme.

Ik kan het niet helpen. Ja, dit is een vorm van vandalisme, maar ze hebben wel een punt vind ik. Peperdure fietsen met een ledscherm, app en grommend alarm, is dat nou dé manier om mensen in beweging te krijgen?


Foto: VanMoof