Zuid-Holland getest op regenbestendigheid
Wat zijn de gevolgen als er in Zuid-Holland net zulke hevige buien vallen als in Limburg en de Ardennen in de zomer van 2021? Er zouden veel minder slachtoffers zijn, maar wel voor ongeveer twee miljard euro aan schade, wijst een stresstest uit.
Half juli 2021 veroorzaakte een lagedrukgebied langdurige en hevige regenval in delen van België, Duitsland, Luxemburg, Zwitserland en Nederland. Het noodweer leidde tot schade aan huizen en bedrijven, en kostte in België en Duitsland aan meer dan tweehonderd mensen het leven.
In Zuid-Limburg en omstreken viel in twee dagen ruim 150 millimeter regen – dat is ruim twee keer zoveel als gemiddeld in heel de maand juli. Hoewel zulke hevige regen in Nederland zeldzaam is, is het niet uitgesloten dat dit in de nabije toekomst vaker gaat gebeuren, op willekeurige plekken in het land.
Om die reden gaat Nederland ‘stresstesten’ doen in verschillende gebieden. De eerste daarvan is net afgerond. Kennisinstituut Deltares en de provincie Zuid-Holland onderzochten samen met de waterschappen van Zuid-Holland, Rijkswaterstaat en de gemeenten Dordrecht en Rotterdam wat er bij een vergelijkbaar hevige neerslaggebeurtenis in Zuid-Holland kan gebeuren.
Met behulp van computermodellen, hoogtegegevens, het afwateringssysteem en de locatie van kwetsbare objecten berekenden ze het gedrag en de effecten van het overtollige water.
Overlast en schade
Er zou bij een dergelijke gebeurtenis grootschalige wateroverlast ontstaan, schrijft Deltares deze week in een nieuwsbericht. In ruim 40 procent van de landbouwgebieden, maar ook in veel glastuinbouwgebieden en steden zou er voor enkele dagen tot meer dan een week water op het maaiveld en op wegen komen te staan.
Dat leidt tot schade aan woningen, bedrijven en gewassen. De onderzoekers schatten de omvang van deze schade in op twee miljard euro – zonder mogelijke complicaties als maalstops, verdronken riooloverstorten, kadedoorbraken en gemaalstoringen in de berekeningen mee te nemen.
Afvoer
Dat het water relatief lang blijft staan, komt doordat de pompen en gemalen voor de waterafvoer niet zijn ontworpen op zulke grote hoeveelheden water. Vooral op de plekken waar water van een groot achterland langs moet geeft dit problemen.
Wateroverlast in Zuid-Holland kan om die reden ook overlast in andere gebieden veroorzaken. Zo komt bij het Amsterdam-Rijnkanaal en Noordzeekanaal regenwater van grote gebieden uit Zuid-Holland, Utrecht en Noord-Holland samen. Hier zullen bij extreem veel regenval gemalen moeten worden uitgezet om doorbraken van kaden langs het kanaal te voorkomen.
Dit heeft invloed op de waterstand in de stad Amsterdam, de Haarlemmermeerpolder, de bollengebieden in Noord-Holland en de gebieden ten noorden van Leiden, tot aan het Noordzeekanaal.
Kwetsbare locaties
In de steden, die meestal op relatief gunstige plaatsen liggen en hoge kaden, meer pompen en strenge normen hebben, zou nog het minste water blijven staan. Toch lopen de laaggelegen gedeelten zoals tunnels wel onder, waardoor sommige ziekenhuizen en brandweerkazernes bij hoog water lastiger te bereiken zijn.
Vrijwel alle chemische bedrijven liggen hoog genoeg om van wateroverlast gespaard te blijven, net als meer dan 90 procent van de transformatorhuisjes. Hier en daar zal de elektriciteit wel uitvallen, schrijven de onderzoekers in hun rapport, maar op de meeste plekken blijft de stroomvoorziening intact.
Slachtoffers
De verwachting is dat de onderzochte hoeveelheid regenval in Zuid-Holland geen of nauwelijks slachtoffers zal maken. ‘In die zin hadden de buien van de zomer van 2021 beter op Zuid-Holland kunnen vallen dan in de regio Duitsland – België – Limburg’, zegt overstromingsdeskundige Karin de Bruijn, die meewerkte aan het onderzoek en eerste auteur is van het rapport.
Maatregelen
Om de overlast en schade te beperken, kunnen we verschillende dingen doen, zegt De Bruijn. ‘Als we goed voorbereid zijn en de plannen al klaarliggen, kunnen we het water op het cruciale moment met pompen en gemalen zo veel mogelijk naar de minst kwetsbare gebieden sturen.’
Verder kan mogelijk een extra gemaal naar het Markermeer het Amsterdam-Rijnkanaal en Noordzeekanaal ontlasten. De Bruijn: ‘Daar wordt nu over nagedacht, omdat dat afwateringssysteem ook zonder dit soort zeldzame buien al aan zijn grenzen zit.’
Andere gebieden
Uiteindelijk is het de bedoeling dat er een landelijk beeld komt van de kwetsbaarheid voor hevige regenbuien. Als het aan De Bruijn ligt, is het stroomgebied van het Amsterdam-Rijnkanaal en Noordzeekanaal als een van de eerstvolgende regio’s aan de beurt voor een stresstest.
‘En de hogere delen van Nederland. Denk bijvoorbeeld aan de Overijsselse Vecht en zijn zijrivieren.’ Daar is het verval groter, en kan het water dus minder gecontroleerd worden afgevoerd.
Openingsbeeld: Inge Maria, via Unsplash