Papierfabrikant Essity heeft, in samenwerking met technologiebedrijf Alucha en de Universiteit Twente, een proefinstallatie gebouwd die de restproducten van de papierproductie middels pyrolyse omzet in olie en gas. Die producten gebruiken ze vervolgens voor het verwarmen van de proefinstallatie. Zo hoeft papierafval niet meer te worden afgevoerd, maar vindt het een nuttige bestemming binnen de fabriek.

Bij het recyclen van gebruikt papier tot nieuwe producten (zoals tissues) blijft een grote berg grijze drab over, die bestaat uit vezels, vulstoffen, plastic en metalen. Dit slib wordt nu nog afgevoerd naar cement- of steenfabrieken, een laagwaardige toepassing, of soms zelfs gestort tegen kosten. Het spul heeft dus weinig waarde.

 

Het slib dat overblijft bij de papierproductie.


Daar wil het bedrijf Essity, producent van papier en hygiënische hulpmiddelen, verandering in brengen. Het werkt al een paar jaar aan een methode om de papierpulp om te zetten in bruikbare materialen. De eerste proefinstallatie voor dit zogeheten pyrolyse-proces is nu klaar en staat in Arnhem.
 

Papierpulp

Energie winnen uit pulp is niet eenvoudig. Na drogen van de papierpulp wordt het verhit tot 500 °C, in een zuurstofarme omgeving. In dat pyrolyseproces breken de lange ketens van het papier binnen een paar seconden in korte stukjes en ontstaat een mengsel van koolwaterstofverbindingen. Daaruit zijn pyrolysegas en -olie nuttig te gebruiken; ze worden namelijk ter plaatse verbrand om er de installatie mee te verwarmen.

Papier bestaat grofweg voor de helft uit vezels en voor de andere helft uit mineralen. De mineralen blijven na het pyrolyseproces over, zodat ze weer opnieuw kunnen worden gebruikt. Volgens Essity bevatten deze mineralen voldoende calciumcarbonaat om te worden hergebruikt bij het maken van nieuw papier. Daarbij fungeert het als vulstof, die papier (mede) zijn helderwitte kleur geeft.
 

Nuttige stoffen

De papierfabrikant slaat op deze manier twee vliegen in één klap, want hij hoeft een grote reststroom niet meer te dumpen (met de nodige CO2-uitstoot van vrachtwagens) én het afval levert nuttige stoffen op. Omdat dankzij het verkregen pyrolysegas en de olie minder fossiele brandstoffen nodig zijn, gaat de CO2-uitstoot van het totale productieproces van papier omlaag, mogelijk tot wel 20 %.

De proefinstallatie kan zo’n 100 kg droog slib per uur verwerken; over hoeveel pyrolyseolie en -gas dat oplevert, blijft Essity vaag. In ieder geval hangt het af van de soort papier die het bedrijf binnenkrijgt voor recycling. Het bedrijf wil in de komende twee jaar een grotere versie van de machine bouwen, die 1500 kg slib per uur kan verwerken.
 

Houtsnippers

De installatie is gebaseerd op kennis van de Universiteit Twente, waar veel onderzoek wordt gedaan naar pyrolyse. Eveneens in Twente, in Hengelo, runt het bedrijf Empyro een fabriek die met pyrolyse houtsnippers omzet in olie en gas: lees ‘Fabriek zet houtsnippers om in olie, stroom en warmte’. In het hart van het proces, de pyrolysereactor, zit dit proces net anders in elkaar dan bij het project van Essity.