Biologen zijn vaak lang bezig om vast te stellen welke planten en dieren moeten worden toegevoegd aan de Rode Lijst met bedreigde soorten. Nu is er een algoritme dat hun veel werk uit handen neemt.

De Rode Lijst van de International Union for the Conservation of Nature (IUCN) is een belangrijk instrument voor onderzoekers en beleidsmakers om vast te stellen welke soorten er in hun voortbestaan worden bedreigd en in welke mate, en of er al dan niet beschermingsmaatregelen nodig zijn. Maar het kost biologen veel tijd en specialistisch onderzoek om er een soort aan toe te voegen (of af te halen). Als gevolg daarvan zijn talloze soorten nog niet formeel ingedeeld in een van de klassen die de IUCN hanteert, van 'veilig' tot 'ernstig bedreigd'. Vooral bij planten is er een enorme achterstand in beoordelingen. Slechts 5 % van alle bekende plantensoorten zijn tot dusver door de internationale natuurbeschermingsorganisatie geëvalueerd.
 

Algoritme

Een nieuwe methode die is ontwikkeld aan de University of Maryland, in de Verenigde Staten, moet daarin verandering brengen. Een groep onder leiding van entomologe Anahí Espíndola schreef en trainde een zelflerend algoritme dat inmiddels van meer dan 150.000 plantensoorten overal ter wereld de status heeft vastgesteld op basis van vrij beschikbare data. Meer dan 10 % van de zo beoordeelde soorten bleek in meer of mindere mate bedreigd, meldden de onderzoekers maandag op de site van het wetenschappelijke tijdschrift PNAS

Het algoritme kan voor elke soort op elke schaal voorspellingen doen, dus of een soort wereldwijd wordt bedreigd of enkel in een specifiek gebied. 'De methode is niet bedoeld om de formele evaluaties op basis van het IUCN-protocol te vervangen', stelt Espindola. 'Eerder is het een instrument dat kan helpen om prioriteiten te stellen, door de kans te berekenen of een soort in gevaar is.' Dat zou overheden en onderzoekers kunnen helpen tijd en geld te besparen. 
 

Model

Espíndola and haar groep bouwden hun model op data uit de Global Biodiversity Information Facility (GBIF) en de TRY Plant Trait Database , die er op zijn gericht wetenschappelijke data over biodiversiteit makkelijk beschikbaar te maken voor onderzoekers. Vervolgens trainden ze hun algoritme door het te voeden met informatie over soorten uit beide databestanden die al wél door de IUCN zijn beoordeeld. De Rode Lijst telt vijf categorieën voor levende soorten: veilig, bijna bedreigd, kwetsbaar, bedreigd en kritiek. Van de 150.000 planten die ze vervolgens door het algoritme lieten beoordelen, kregen er meer dan 15.000 minimaal de status 'bijna bedreigd'. 
 


Trends

Espíndola bespeurde verschillende mondiale trends bij het bestuderen van de resultaten. De soorten die het meeste gevaar lopen, komen vooral voor in gebieden die bekend staan om hun rijke, inheemse biodiversiteit, zoals de regenwouden van Midden-Amerika en het zuidwesten van Australië. Maar tot haar verbazing vond de entomoloog ook op het Arabisch Schiereiland veel bedreigde soorten. Op basis daarvan tekende ze een nieuwe wereldkaart (zie boven), waar de gebieden met een hoger risico op bedreging met 'warme' kleuren zijn aangegeven en gebieden met lagere risico's in koelere kleuren. 

Bron wereldkaart: Anahí Espíndola and Tara Pelletier