recensie

Twee nieuwe boeken laten op verschillende schaal zien hoe we wonen. Het ene gaat over de planmatige inrichting van ons land, het andere kijkt achter de voordeur. 

Zodra het vliegtuig dat je van je vakantiebestemming terugbrengt naar Nederland de landing inzet op Schiphol, zie je het weer: de strakke, planmatige manier waarop ons het land is ingericht. Over elk detail lijkt nagedacht, ons land lijkt ‘vanuit de lucht een enorme legpuzzel waarin geen stukje verkeerd ligt.’

Het citaat komt uit het onlangs verschenen boek Een land waarover is nagedacht van Han Lörzing. De gepensioneerde planoloog neemt er in ruim driehonderd pagina’s eens goed de tijd voor om uit te weiden over de vaderlandse geschiedenis van de planologie. Een woord dat overigens helemaal nog niet zo oud is.


Vinexwijken

De auteur neemt de lezer op een prettige manier bij de hand. Van elk decennium schetst hij de tijdsgeest, hoe de politieke vlag erbij hing en wat dit alles betekende voor de ruimtelijke ordening.

Van de broodnodige volkshuisvesting begin vorige eeuw tot de wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog tot de uitgestrekte Vinexwijken die sinds begin jaren negentig werden gebouwd, Lörzing slaat niets over. Daarbij zorgt hij wel dat het niet te droog wordt.


Ruimtelijke ordening

De auteur heeft zich actief met de ruimtelijke ordening van ons land bemoeid en kan smakelijk vertellen over de werkkringen waar hij deel van uitmaakte. Hij geeft trouwens net zo gemakkelijk toe dat sommige denkbeelden waarin hij – net als veel collega’s – destijds heilig geloofde, nu achterhaald zijn.

Lörzing stipt de eerste planmatige stedenbouw aan, zoals de aanleg van de Amsterdamse grachtengordel in de zeventiende eeuw, maar laat ook zien hoe pas begin twintigste eeuw de behoefte opkwam om stad en land op grote schaal systematisch te gaan ontwikkelen.


Strakke uitbreiding

Hoogtepunten zijn de strakke uitbreiding van Amsterdam door Cornelis van Eesteren, de extreem planmatige inrichting van het nieuw gewonnen land van de Noordoostpolder en de metamorfose van het platteland.

Daarover schrijft Lörzing: ‘Oude, kleine akkertjes en weilanden zijn samengevoegd tot grote lappen grond, houtwallen en slootjes zijn genadeloos opgeruimd en alles wat krom was, is rechtgetrokken. Het is een operatie geweest die nostalgici nog steeds hartzeer bezorgt en liefhebbers van vooruitgang met trots vervult.’


De drempel over, naar binnen

Waar Lörzing beschrijft hoe Nederland vorm gaf aan land, provincies en gemeenten, zet Andrea Prins een volgende stap. In Wonen. De fascinerende gelaagdheid van een alledaagse bezigheid neemt de architect, architectuurhistoricus en schrijver de lezer mee de drempel over, naar binnen. ‘Wij vormen onze woningen, maar vervolgens vormen onze woningen ons’, zegt ze Winston Churchill na.

Verwacht geen eenduidig verhaal, waarschuwt Prins haar lezers voordat ze haar betoog begint. Op een plattegrond mag het allemaal heel overzichtelijk lijken, met kamers als witte oppervlakken tussen zwarte lijnen op papier, maar ‘eenmaal gebouwd verliezen de wanden, deuren en ramen hun onschuld’, schrijft ze. ‘Ze worden reëel. En de leegte ertussen is allesbehalve vrijblijvend.’


Architectonische canon

Wat volgt is een gelaagde uiteenzetting – die soms als een aftasting aanvoelt – waarbij behalve bouwmeesters ook filosofen en romanschrijvers haar begeleiden. Het is geen boek over de woningbouwgeschiedenis, al gaat het over historische woningen en verwijst Prins hier en daar (ook) naar gebouwen uit de architectonische canon, zoals de Villa Hadriana nabij Rome, of kruipt ze in de huid van een architect als Ludwig Mies van der Rohe.

Als uitgangspunt hanteert Prins juist weer zeer alledaagse woningen: en wel de negen woningen die haar thuis zijn geweest, van haar jeugd in Berlijn via Duitse provinciesteden naar Rotterdam.


Wereld van ideeën

Dat klinkt misschien als een egotrip, of een trip down memory lane die alleen voor Prins’ directe familie interessant is, maar het tegendeel is waar. Wonen is een tintelend en zeer verrijkend boek geworden over de wereld achter de gevels.

Wie het uit heeft, ziet ineens in dat er achter de ruimten waar we het merendeel van ons leven doorbrengen, een wereld van ideeën verscholen gaat.

 

Een land waarover is nagedacht. Hoe de planners Nederland vormgaven
Han Lörzing | 304 Blz. | € 22,50

Wonen. De fascinerende gelaagdheid van een alledaagse bezigheid
Andrea Prins | 232 Blz. | € 24,99


Foto: Depositphotos

Vond je dit een interessant artikel, abonneer je dan gratis op onze wekelijkse nieuwsbrief.