‘Je zou verwachten dat een overheid die het energiesysteem ingrijpend wil veranderen de slimste mensen bij elkaar haalt om de noodzakelijke innovaties te ontwikkelen. Maar dat gebeurt helemaal niet: het energieonderzoek is versnipperd doordat er geen keuzes worden gemaakt en we besteden er veel minder geld aan dan omringende landen. Dat zal dus anders moeten.’

Prof.dr.ir. Tim van der Hagen, in het dagelijks leven voorzitter van het College van Bestuur van de TU Delft, was als lid van de Adviesraad voor wetenschap, technologie en innovatie nauw betrokken bij het eind vorig jaar verschenen advies Oppakken en doorpakken over energie-innovatie. ‘Het gaat om meer focus, meer geld, duidelijk omschreven doelen. En we hebben radicale innovaties nodig; daar gebeurt nu nauwelijks iets aan. Bovendien is de aandacht vooral gericht op verduurzaming van de elektriciteitsopwekking, terwijl het overgrote merendeel van ons energiegebruik niet-elektrisch is.’

De overheid moet het voortouw nemen. ‘Het is de enige instantie die kan sturen en kan zorgen voor de financiering van dat soort radicale innovatieprogramma’s.’ Op welke onderwerpen? ‘We hebben dat selectieproces vrij nauwgezet uitgewerkt. Kies wat past bij Nederland, dus bijvoorbeeld niet getijdenenergie of waterkracht. Wat hebben we nodig om knelpunten in de energietransitie aan te pakken? Over welke expertise beschikken we, wat zijn kansen voor onze bedrijven, gebeurt het niet al elders? Als je dat allemaal op een rij zet, is het niet zo heel ingewikkeld om zes thema’s aan te wijzen waarop dat programmatisch gestuurde onderzoek van start kan gaan.’


Veelzijdige toepassingen

Van der Hagen denkt aan thema’s als solar fuels en biobased. ‘Het direct omzetten van zonlicht in brandstoffen heeft een enorme potentie. Dat is ook een terrein waarop we veel expertise hebben. Zonne-energie opslaan, omzetten in andere energiedragers, die gebruiken als grondstof voor chemische processen ... Alles aan elkaar knopen, daar zijn wij heel goed in; daarmee kunnen we het verschil maken.’

Het thema biobased is sterk geworteld in de Nederlandse economie. ‘We hebben agrarische expertise, een bedrijf als Shell is heel goed in moleculaire processen, de Rotterdamse haven kan een rol spelen voor de import van biomassa. En de toepassingen zijn veelzijdig: groen gas als vervanging van aardgas, chemie gebaseerd op bioprocessen en biobrandstof voor het zware transport.’

Het innovatieprogramma heeft jaarlijks zo’n 300 miljoen euro aan extra financiering nodig. ‘Dat moet geen probleem zijn. De subsidieregeling voor duurzame energie omvat dit jaar zo’n 8 miljard euro. Veel daarvan, zoals de bijstook van biomassa in kolencentrales, is helemaal niet gericht op innovatie of op verduurzaming op de lange termijn. Haal uit die pot 5 % en de financiering van het innovatieprogramma is rond.’