De toekomst van vliegtuiginspecties was afgelopen dinsdag te zien op vliegbasis Woensdrecht. Daar stuurde het Nederlandse bedrijf Mainblades een drone de lucht in die met zijn camera’s speurde naar schade op een Airbus A330. Het was voor het eerst dat dit in Europa in de buitenlucht plaatsvond.

Als een vliegtuig op een vliegveld binnenkomt met het vermoeden dat er schade aan is — door blikseminslag of een botsing met vogels — worden er snel een paar ingenieurs opgetrommeld. Met ladders en personenliften kijken zij of ze schade kunnen ontdekken aan de romp, vleugels, motoren of bijvoorbeeld aan de staart van een toestel. Zien ze een deukje of een scheur in het metaal, dan noteren ze dat in hun papieren en waar nodig gaat het vliegtuig in reparatie.

Dit proces kan sneller, objectiever, betrouwbaarder Ă©n met minder mankracht, denkt het bedrijf Mainblades uit Den Haag. Het bouwt drones die helemaal autonoom een vliegtuig kunnen inspecteren op schade.
 

Autonoom uitvoeren van een inspectie

Afgelopen dinsdag, 3 augustus, demonstreerde het bedrijf op vliegbasis Woensdrecht, in West-Brabant, aan potentiĂ«le klanten wat zo’n drone allemaal kan. Daar ging een DJI M300-drone de lucht in, die helemaal is aangepast voor het autonoom uitvoeren van een inspectie. Daarbij werkte Mainblades samen met Aviolanda, Fokker Techniek, het Dutch Drone Centre en Truenoord.
 

Drie belangrijke componenten

Mainblades heeft drie belangrijke componenten toegevoegd aan de kleine onbemande helikopter. Ten eerste LIDAR (het zilverkleurige kastje op de foto hieronder), een systeem dat met lichtpulsen de contouren van het vliegtuig in beeld brengt. ‘Zo “weet” de drone waar het vliegtuig is en kan hij zelf zorgen dat hij er steeds twee meter van verwijderd blijft’, vertelt marketing manager and business developer Michael Sprehe van Mainblades. Ook herkent de software aan de gescande vormen om welk type vliegtuig het gaat.
 

 

Brein van de drone

Het tweede onderdeel is een goede camera (op de foto hierboven is deze onderaan de drone te zien), voor het maken van de beelden van hoge kwaliteit. Het derde onderdeel, dat boven op de drone is gemonteerd, speelt een centrale rol. Het is de computer, het brein van de drone, die de aansturing verzorgt en daarnaast de real-time analyse van de beelden doet. ‘De software die hierop draait, analyseert de foto’s direct op schade en geeft mogelijke problemen direct door aan de operator. Die ziet de schades verschijnen op de iPad waarmee hij of zij de operatie volgt.’
 

Schaderapport

Daarnaast levert dit systeem een compleet schaderapport na afloop, met alle plekken op het toestel waar iets mis lijkt. Sprehe: ‘Bijkomend voordeel van deze geautomatiseerde manier van schades opsporen, is dat je gemakkelijk een geschiedenis kan opbouwen van een toestel. Nu gaat dat nog met een papieren dossier, maar daar zijn soms discussies over tussen de verschillende partijen die iets met een vliegtuig van doen hebben (onderhoudsbedrijf, leasemaatschappij en luchtvaartmaatschappij, red.) Als je in het digitale domein kunt vastleggen wanneer in de tijd er wat met een toestel mis was, dan is daarover geen twijfel meer.’
 

Drie of vier ingenieurs

Een autonome drone die een vliegtuig nakijkt op schade zou een enorme stap vooruit betekenen voor de luchtvaart, meent Sprehe. ‘Zoals het er nu aan toe gaat, moeten er bij vermoede schade drie of vier ingenieurs aan de slag, die daar soms acht tot twaalf uur mee kwijt zijn. Zou je dat een enkele drone laten doen, met een operator, dan is die veel sneller klaar. Maar het grootste voordeel is mijns inziens de betrouwbaarheid van de data. Een mens maakt fouten, is moe of heeft een keer zijn dag niet. De waarnemingen van een drone zijn veel objectiever.’

 

Drie opties
De operator die met de drone van Mainblades aan de slag gaat, heeft drie opties ter beschikking voor het checken van een vliegtuig. De eerste is een volledige inspectie van het hele toestel, wat zo’n veertig minuten in beslag neemt. De tweede is een inspectie van het onderdeel waar schade wordt vermoed, zoals de vleugel of de staart. Ten derde kan de operator een specifiek vliegtuigonderdeel aanwijzen dat niet voorgeprogrammeerd is.





In de toekomst zou elk vliegveld minstens Ă©Ă©n drone hebben staan die inspecties kan uitvoeren. Die is dan altijd snel inzetbaar als er een vliegtuig binnenkomt waar schade aan wordt vermoed. Maar voor het zover is, moeten de regels voor het vliegen met drones op vliegvelden nog wel worden versoepeld. Dat mag nu, om begrijpelijke redenen, nog niet. ‘De luchtvaart loopt nog wat achter op andere industrieĂ«n, waar ze al wel volop gebruikmaken van drones. Bijvoorbeeld voor het inspecteren van bruggen of fabrieksschoorstenen. De luchtvaart is wat conservatief.’


Foto's Michael Sprehe / Mainblades