Anette Beijaard is hoofd van de adviesgroep Weg en Rail bij advies- en ingenieursorganisatie Arcadis. Ze won een Europese WICE-award als ‘Best Woman in Highways’. Vrouwen moeten een technische functie op eigen kracht verdienen, vindt ze.

‘Ik ben opgegroeid op Ameland. Je kon daar werken in het toerisme, bij de gemeente of in het onderwijs. Maar ik vond technische vakken heel leuk en ik wilde daar weg. Ik koos voor een brede studie, technische bedrijfskunde aan de Universiteit Twente. De rode draad door mijn carrière is techniek waar iedereen mee te maken heeft, zoals energie of infrastructuur. Als de stroom uitvalt of als de treinen niet rijden, heeft iedereen daar last van. Ik begon mijn carrière bij Essent, waar ik onder andere bij een energiecentrale in Moerdijk werkte, als teamleider van het onderhoudsteam. Een hele leuke wereld – ik kon daar heerlijk in de techniek duiken. Ik ontdekte daar dat ‘E-mensen’ en ‘W-mensen’ anders werken. Plat gezegd: werktuigbouwkundigen pakken bij een storing gelijk hun gereedschapskist en beginnen overal aan te schroeven, terwijl de elektrotechnici in het bedienhuis naar de knipperende lampjes gaan kijken en bouwtekeningen bestuderen. Toch ging dat heel leuk samen.’
 

Doelen & Drijfveren
De wereld een beetje beter maken, dat is de ambitie van veel ingenieurs. Lees hun persoonlijke verhalen in het dossier Doelen & Drijfveren.


Paardenstaart

‘Bij VolkerRail kwam ik voor het eerst met railinfra in aanraking, en bij Arcadis werkte ik in eerste instantie ook in de railsector, maar daar is nu de wegenbouw bij gekomen. Ik vind het een verrijking om nu ook andere opdrachtgevers te hebben – contracten van ProRail zijn bijvoorbeeld anders dan van Rijkswaterstaat. Ik werk in een echte mannenwereld, maar daar heb ik nooit last van gehad. Je kunt er juist dankbaar gebruik van maken. Als mensen mij op een bouwplaats zien, met mijn paardenstaart onder mijn helm, word ik altijd begroet en maak ik een praatje. Dat was een collega opgevallen, hij vroeg: “Waarom groeten ze jou wel? Tegen mij zeggen ze nooit iets!”’

Ik krijg er veel energie van als ik zie dat mensen zich ontwikkelen.

Blanke mannen

‘Ik ben niet bewust bezig met het stimuleren van diversiteit. Ik vind het wel belangrijk dat iedereen gelijke kansen krijgt. Maar als ze mij een functie aanbieden omdat ik vrouw ben, dan hoef ik hem niet. Het gaat erom wie de beste is. We zijn aan het kijken of we statushouders met een goed profiel kunnen vinden. Ik merk dat het helpt om met verschillende culturen te kunnen omgaan. We hebben bijvoorbeeld ook collega’s in India. Zij kijken anders naar de wereld en dat voegt zeker wat toe. Je krijgt bredere inzichten en leukere gesprekken en discussies. Maar toen we laatst een strategiesessie hadden, vroeg iemand: “Mogen wij als blanke mannen hier ook nog werken?” Je moet hen natuurlijk niet uit het oog verliezen.’
 

Vind je dit een leuk artikel? Abonneer je dan gratis op onze wekelijkse nieuwsbrief.


Docent

‘In mijn vrije tijd geef ik waterpolotraining aan kinderen. En ik denk vaak: als ik zestig ben, word ik docent op een universiteit. Ik krijg er veel energie van als ik zie dat mensen zich ontwikkelen. Vroeger vond ik de colleges van gastdocenten uit de praktijk het leukst. Mijn statistiekdocent was zo theoretisch, hij was niet te snappen. Maar de logistiekdocent kwam uit het bedrijfsleven, en hij illustreerde zijn theorieën met veel voorbeelden – dan gaat het leven en snap je het. Je ziet dat bij kinderen de theorie ook beter beklijft als je oefenwedstrijdjes doet. En ik merk dat je ze positief moet benaderen; niet zeggen dat ze iets niet kunnen, maar juist complimenteren en aanmoedigen. Zo ga ik ook te werk als ik een exitdossier krijg van een collega die niet op zijn plek zit. Als ik dan zie dat hij vijf jaar later zijn plekje heeft gevonden en een gewaardeerde collega is, dan heb ik blijkbaar toch iets goed gedaan.’


Tekst: Amanda Verdonk
Portret: Bianca Sistermans