Bij Tholen bouwt BrabantWater een proefinstallatie voor het ontzilten van zeewater. Daarmee is drinkwater produceren uit zeewater niet langer voorbehouden aan droge landen met weinig grond of oppervlaktewater.

Watertechnologie

De vraag naar drinkwater neemt toe, maar bestaande bronnen zitten aan hun maximum. Het oog valt nu op zeewater.

In Nederland heeft altijd het beeld bestaan dat er meer dan genoeg drinkwater voorhanden is. Maar dat is allang niet meer zo. Het aantal bewoners neemt toe, evenals het aantal bedrijven dat water gebruikt. Drinkwaterbedrijven lopen tegen hun plafond aan.

In de provincie Noord-Brabant mag BrabantWater niet nog méér water uit het grondwater halen voor het produceren van drinkwater. ‘En dus zoeken we naar aanvullende bronnen’, zegt Patrick van der Wens, projectdirecteur bij het Brabantse waterleidingbedrijf.

Proefinstallatie

Ten zuiden van het Zeeuwse eiland Tholen, aan de Oosterschelde, bouwt BrabantWater in 2026 een proefinstallatie die op kleine schaal uit zeewater drinkwater maakt. Het voordeel van zeewater is dat het ruim voorhanden is; het nadeel is dat er veel zout in zit dat eruit moet.

In de kleine drinkwaterfabriek worden straks drie bestaande technieken voor voorzuivering met elkaar vergeleken. De techniek voor de nazuivering van het water, de laatste stap, is steeds dezelfde: omgekeerde osmose. Dit is een bekende techniek waarbij water onder hoge druk (tussen de 60 en 80 bar) door membranen wordt geperst.

Voorzuivering

Voor de voorzuivering gaat BrabantWater drie methoden toepassen en vergelijken. Dat zijn: 1) water onttrekken via een put in de zeebodem, waarbij de bodem de eerste zuiveringsstap doet, 2) water voorzuiveren met vlokvorming en scheiding en 3) water voorzuiveren met keramische membranen. ‘Dat laatste is een robuuste techniek waarbij de keramische membranen zouten doorlaten maar vaste zwevende deeltjes tegenhouden’, zegt Van der Wens.

In 2026 wordt de proefinstallatie gebouwd. Daarvoor staat ongeveer negen maanden, inclusief het ontwerpen ervan. Begin 2027 start de pilot, en die gaat minstens drie, en mogelijk zes jaar lopen.

Pilot

‘We willen bijvoorbeeld de invloed van algenbloei onderzoeken, maar ook die van de seizoenen: wat doen de onderdelen van de installatie bij koud zeewater of juist bij warmer water?’, zegt Van der Wens. Het drinkwater dat de installatie maakt, is nog niet bestemd voor consumenten, maar gaat samen met het brijn terug de zee in. Op basis van de opgedane kennis wil BrabantWater een full-scale installatie bouwen op een nader te bepalen locatie. ‘Die moet tien miljoen kuub drinkwater per jaar maken, zo’n 5 procent van wat we nu leveren’, zegt Van der Wens.

 

Foto: BrabantWater