De Growboxx laat boompjes in dorre omstandigheden autonoom tot bloei komen, zodat irrigatie niet meer nodig is. ‘De vinding is nuttig voor arme boeren in droge gebieden zoals in Afrika of Mexico’, vertelt tuinder en bedenker Pieter Hoff. ‘Maar het voornaamste doel is het tegengaan van de CO2-uitstoot. Dat gaat het beste door zo veel mogelijk bomen te planten.’ Hoff voerde met de box talloze experimenten uit op het land rond zijn tuinderij.

In zijn eerste uitvoering, toen de Growboxx nog Powertree heette, deed de vorm  denken aan een maquette van een amfitheater. De conusvormige binnenwand loopt schuin omhoog en is bedekt met opstaande vinnen. In het midden is een gat voor het boompje uitgespaard, omringd door gaatjes. Deze constructie verzamelt condenswater, dat de boom op de been houdt in barre tijden. ‘Condens slaat ’s ochtends neer op het oppervlak. Bij een hoek van 45° rolt via de vinnen een maximale opbrengst binnen. Ruimte tussen de vinnen is noodzakelijk, omdat het boompje zonder windcirculatie verbrandt. Door klontering worden de druppels zo zwaar dat ze via de zijkant van de vinnen omlaag rollen, de gaatjes in.’ De druppels belanden in een reservoir dat via een dun draadje van katoen contact maakt met de grond en zo de wortels voedt. ‘Het draadje zwelt op door het water en staat het vervolgens aan de wortels af. In tegenstelling tot een pijpje kan het draadje niet verstoppen.’


Capillair

Het systeem benut met name capillair water. Vaak wordt het capillaire systeem in de grond bij het planten van bomen vernietigd. In rotsachtige gronden is dat funest. ‘Het duurt even voordat het capillaire stelsel is hersteld. Zonder dure en inefficiënte irrigatie sterft de boom. Bij de Powertree verlaten de wortels de onderkant van het bakje, waarbij de grond intact blijft. De wortels maken na een dag contact met het capillaire stelsel en trekken grondwater op.’

Ten slotte benut de Powertree ook een flink gedeelte van schaarse, maar hevige regenbuien. ‘Het water komt in het reservoir via gaatjes met daaronder slangetjes. Het water kan via de slangetjes moeilijk verdampen. In de meeste woestijnen valt toch wel zo’n 250 tot 1000 mm. Normaliter verdampt dat snel, maar de Powertree kan het benutten.’


Innovatie van het jaar

Uiteindelijk evoleerde de Powertree tot de Waterboxx.  In 2010 riep het Amerikaanse blad Popular Science de Waterboxx uit tot innovatie van het jaar. Op dat moment had Hoff al meer dan 300 000 stuks verkocht in woestijnachtige gebieden, zoals het Midden-Oosten, India, China, Ethiopië, Chili en de VS.

De Waterboxx is net als de Powertree een ronde bak met een gat in het midden. Deze wordt om een jong boompje heen gezet. In het plantgat en in de box wordt eenmalig zo’n 40 tot 60 l water  toegevoegd. Door het verschil in nachttemperatuur tussen de boven- en onderkant van de box ontstaat condens. Groeven in de box leiden het condenswater en eventueel regenwater naar de plant. Het water in de bak heeft een isolerende werking: het zorgt ervoor dat de lucht rond het plantje ’s nachts niet te veel afkoelt. Een koordje in de bodem van de box druppelt dagelijks 50 cm³ water naar beneden, zodat een capillaire kolom in de bodem ontstaat.


Biologisch afbreekbaar

De volgende stap was de ontwikkeling van de Growboxx, de goedkopere biologisch afbreekbare versie van de box. ‘Dit wordt echt een doorbraak naar upscaling’, verwacht Hoff.