Zorg voor consistentie in het overheidsbeleid, en onderschat niet hoeveel innovatie je met de juiste prikkels kunt losmaken, zegt Meiny Prins MSc, directeur van het familiebedrijf Priva, dat klimaatsystemen ontwikkelt voor kassen en gebouwen.

‘Weet je wat de belangrijkste aanjager is geweest van innovatie in de Nederlandse glastuinbouw? Het verbod van de overheid op het gebruik van methylbromide als grondontsmetter. De teelt moest toen los van de grond en dat heeft heel veel in gang gezet. We konden het water hergebruiken en de productie per vierkante meter schoot omhoog.’

Ga daar dus mee verder, vindt ze. ‘Iets verbieden klinkt heel onaardig, maar kan wel enorme impact hebben. Dus leg vast: elke kas die nu wordt gebouwd, is een kas zonder gas. Dat kan natuurlijk alleen door een overheid met een duidelijke visie over waar het in de toekomst heen moet en die daar ook consistent aan werkt.’

Want het kan ook flink verkeerd gaan, zoals met de warmtekrachtkoppeling (WKK). ‘Hier in het Westland hebben we zo veel WKK-power staan, dat we het energiebedrijf van de omliggende steden zouden kunnen zijn. En het is op dit moment de meest schone bron op fossiel; heel efficiënt en de CO2 gebruiken we in de kas. Maar dan staat de regering vervolgens toe dat er nieuwe kolencentrales worden gebouwd. En omdat de kolen nu zo goedkoop zijn, is de business case voor de WKK weg. De overheid had moeten zeggen: we willen die kolen niet, want we gaan naar een duurzame energievoorziening.’


Bladenafknipper

Priva werpt zich op als een vernieuwend bedrijf; daarnaast is Prins de initiatiefnemer van de Sustainable Urban Delta als nieuw concept en verdienmodel voor de BV Nederland. Wat beweegt haar? ‘Zicht op waar het in ons land op de lange termijn naar toe gaat. Wij zien ons bedrijf als onderdeel van de Groene Delta en de circulaire economie. Het gaat om integrale oplossingen. Dus ook wij gaan vooral op zoek naar opdrachten en projecten waar onze producten op het gebied van Green Tech en Smart Building samenkomen. Zoals de warmte-uitwisseling hier in de buurt bij de wijk Hoogeland tussen een kassencomplex en de nabijgelegen woonwijk. Voor die visie op de langere termijn helpt het enorm als je een overheid hebt die inspireert en zorgt voor goede randvoorwaarden om verder te komen.’

Een van die randvoorwaarden is financiering. ‘Ik pleit al langer voor een nieuwe Nationale Investeringsbank.’ Ze licht dit toe met een voorbeeld uit haar eigen bedrijf. ‘We hebben de robot Kompano ontwikkeld die helemaal zelfstandig bladeren kan afknippen van tomatenplanten; mensen echt geen fijne klus. Het liefst zouden we die robot als een soort uitzendkracht verhuren. Maar dat betekent dat die robots bij ons op de balans komen en dat we daar dus financiering voor moeten vinden. En dat valt niet mee.’

Ze ziet het als voorbeeld van waar de nieuwe economie wringt met de oude. ‘De nieuwe economie is dat we diensten leveren: we knippen je tomatenbladeren, we zorgen voor het klimaat in je kas of gebouw. De hardware blijft dan van ons, wat betekent dat we ook goed moeten nadenken wat we met die apparaten doen als ze zijn versleten. Hoe zorgen we voor maximaal hergebruik? Dat wordt steeds gewoner in de circulaire economie. Nieuwe businessmodellen helpen ons om verantwoord met materiaal en natuurlijke  bronnen om te gaan. Het gaat steeds meer om gebruik en niet om bezit. En daar zijn ook andere financieringsmogelijkheden voor nodig.’