Het pronkstuk van het Amsterdamse Scheepvaartmuseum ligt voorlopig even op het droge. In een droogdok van Damen Shipyards in Amsterdam-Noord vindt groot onderhoud plaats aan de replica van het VOC-schip Amsterdam.

Het origineel verging in 1749 al tijdens zijn eerste vaart, voor de kust van Engeland. De kopie vormt sinds 1990 een geliefde attractie voor bezoekers.

En dan is af en toe groot onderhoud nodig, zegt scheepsbouwer Maarten de Groot van Bureau voor scheepsbouw ir. PH de Groot, dat het ontwerp van de replica heeft gemaakt. ‘Een oude wijsheid is dat een schip dat stilligt harder achteruitgaat dan een schip dat regelmatig vaart.’
 

Waterdicht

Het onderhoud is een flinke klus. De masten gaan van het schip af om op de wal te worden gedemonteerd. ‘We vervangen de ondermasten en plegen onderhoud aan het tuigage.’

Verder gaat de onderhoudsploeg de Amsterdam weer helemaal waterdicht maken. Hard nodig, want ‘we pompen iedere acht minuten water weg’, zei een medewerker van het Scheepvaartmuseum in het Parool

Vooral bij de waterlijn heeft het schip te lijden gehad, vertelt De Groot. ‘Dat is altijd de meest kwetsbare plek, “op weer en wind” heet dat, daar waar de romp afwisselend onder water en boven water is. Daar vind je de meeste aangroei en in de winter komt er soms ijs tegenaan.’
 

Pekjongens

Waterdicht maken betekent: het vervangen van huidgangen – delen die de romp vormen – die versleten zijn. Als dat eenmaal voor elkaar is, dan wordt de romp verder waterdicht gemaakt door het zogeheten breeuwen. ‘Hierbij slaan werklui met een breeuwijzer touwen in de spleten tussen de huidgangen.

Ten slotte smeren ze dat touw in met kit.’ Vroeger gebeurde dat met pek, maar bij gebrek aan pekjongens gebruiken wij moderne kit. Het moderne spul werkt ook beter trouwens.’
 

Vaste stek

Begin volgend jaar moet de Amsterdam weer op haar vaste stek liggen bij het Scheepvaartmuseum. Bezoekers treffen daar voorlopig een naamgenoot, de clipper Stad Amsterdam.
 

De openingsfoto van de Amsterdam is hier op groot formaat te bekijken.

Foto: Damen Shipyards Group/ Gijs Lokker