Vlammenspuwende vliegmachines op DroneClash
Razendsnelle manoeuvres, kapotspattende rotorbladen, wegschietende projectielen en vuurballen. Wie het introductiefilmpje keek verwachtte dinsdag een spektakel tijdens de eerste versie van DroneClash. In een hangaar in Katwijk streden zes droneteams tegen elkaar, en vrijwel alles was toegestaan. Spektakel was er zeker, maar ook de serieuze ondertoon van de organisatoren. Zij hopen dat het evenement de ontwikkeling van systemen voor de handhaving van drones stimuleert.
Het waait in Hangaar2 van het voormalige militaire vliegveld Valkenburg bij Katwijk. Niemand heeft de deur open laten staan, maar met een enorme snelheid cirkelt een aantal racedrones met luid gezoem om een vlag heen, midden in de hangaar. Het is vanmiddag een van de weinige onderdelen van de DroneClash waar snelheid een rol van betekenis speelt.
Drone wars
Verderop vindt vandaag de échte strijd van het allereerste DroneClash plaats, in een afgesloten arena die bestaan uit twee ruimtes. Via een lange tunnel zijn die twee met elkaar verbonden. Alles is opgeleukt met rook, spannende verlichting en muziek. Het decor heeft wel wat weg van het tv-programma Robot Wars waarin robots elkaar met slijptollen en hamers te lijf gaan.
Vandaag vindt het gevecht niet op de grond plaats, maar in de lucht. Groepen van ongeveer vijf drones proberen elkaar na het startsignaal uit de lucht te halen. Ze hebben het vooral gemunt op de ‘koninginnendrone’ die elk team tijdens een tweestrijd zo lang mogelijk in de lucht moet houden.
Veel is geoorloofd in de potjes waarbij het soms nog geen minuut duurt voordat de drones in verschillende stukken op de grond liggen. Een vlammenwerpende robot van het Delftse team FBC2T zet een stukje parcours in brand, een drone van een ander Delfts team Decepti Drone verstrikt de rotors van de tegenstander via een projectiel met draden. Verder zijn er confettikanonnen en wordt de strijd in de ether gevoerd door dronecommunicatie te frustreren. En toch: gewoon je tegenstander uit de lucht beuken blijkt de meest gebruikte strategie.
Laptops en colaflessen
In een hoek van de hangaar is een plek waar de teams zich voorbereiden. Het is een warboel van laptops, elektronica en colaflessen. Opvallend is het verschil tussen de ploegen. Terwijl sommige hun strak uitgevoerde drones op orde hebben en nauwelijks iets hoeven te doen, zijn andere nog druk met solderen, tapen en last-minute-verbeteringen.
In deze eerste versie van DroneClash draait het vooral om het plezier. De paar honderd bezoekers vermaken zich met de wedstrijden en de dronedemo’s. Het evenement laat zien dat de drone-industrie die de afgelopen tien jaar stormachtig groeide, nu volwassen probeert te worden. Er zijn talloze stands van bedrijven die een boterham verdienen met antidronesystemen. Zij spelen in op de vraag van autoriteiten om het toenemende dronegebruik in goede banen te leiden.
Aanpakken van incidenten
Kevin van Hecke is vanuit het Micro Air Vehicle Laboratory van de Technische Universiteit Delft een van de organisatoren van DroneCrash en denkt dat deze ontwikkeling belangrijk is voor de acceptatie van drones. ‘Drones zijn wijdverspreid en je kunt er mooie dingen mee doen, maar ze zijn ook belemmerend. Mensen vliegen ermee boven een plaats delict en lekken per ongeluk gevoelige informatie. Of voorkomen dat er een traumahelikopter kan landen’, zegt hij. ‘De wetgever is daarom heel strikt geworden voor drone-gebruik. Voor professionals is dat weer lastig. Handhavers hebben tools nodig om drones aan te pakken. Als er nu illegaal een drone over een mensenmassa vliegt kun je vaak alleen maar toekijken en hopen dat je de piloot vindt.’
Namens de politie is Mark Wiebes vandaag aanwezig. Hij is innovatiemanager van de Landelijke Eenheid. Wiebes wijst op een stijging van het aantal ‘incidenten’ met drones de afgelopen jaren (zo’n 140 in 2017). De politie kijkt daarom naar mogelijkheden voor handhaving. Twee jaar geleden trokken de agenten veel aandacht door als eersten in de wereld een roofvogel te trainen op het vangen van drones. Toch had dat niet het gewenste effect, en er wordt nu breder gekeken.
Op DroneClash heeft de politie de systemen voor het uitzoeken. Bedrijven presenteren apparaten voor het opsporen van dronebestuurders, het ‘jammen’ of hacken van drones (nu nog verboden in Nederland) en één bedrijf laat zijn DroneCatcher zien. Een fors uitgevoerde drone van meer dan vier kilo die andere drones vangt door er een net overheen te schieten en hem gecontroleerd te laten landen aan een parachute.
Minutenlange dogfight
In de wedstrijden zijn vandaag geen netten en parachutes te zien. Het gaat er beduidend harder aan toe. Waar een aantal wedstrijden vrij onhandig oogt en snel voorbij is, mondt de finale tussen het Twentse team Laced Horns en de Duitse ploeg Dipol uit in een minutenlange dogfight tussen verschillende aanvalsdrones. Het publiek krijgt waar het voor gekomen is. Met wijsheid en een beetje geluk trekt het Nederlandse team aan het langste eind en gaat er met de hoofdprijs van 30.000 euro vandoor.(Roel van der Heijden)