Tata Steel in IJmuiden maakte deze week een opvallende draai, ongetwijfeld onder invloed van de publieke opinie en de politiek. Het staalbedrijf ziet af van de plannen om CO2 op grote schaal af te vangen en op te slaan, maar wil nu versneld overstappen op schonere productieprocessen op basis van aardgas en waterstof.

Dat de CO2-uitstoot van bedrijven fors omlaag moet, is overduidelijk, en de grootste slag kan geslagen worden door grote bedrijven.

Lange tijd was de IJmuidense staalproducent echter van plan om dit te realiseren door CO2 te gaan afvangen (lees ook: ‘Strijd tegen opwarming’) bij zijn schoorstenen en dit onder de grond te stoppen. Tata Steel zou daarmee de eerste klant worden van het Athos-project voor carbon capture and storage (CCS).

Dit zou echter betekenen dat de omgeving van de megafabriek in IJmuiden nog jarenlang last zou hebben van de uitstoot van vervuilende en ziekmakende stoffen, waarmee deze route gepaard gaat.
 

RIVM-rapport

Zoveel krediet had het bedrijf niet meer, zo bleek de afgelopen weken en maanden. Bewoners van IJmuiden en omgeving vermoedden al jaren dat er giftige stoffen in de lucht kwamen door Tata Steel, en dat werd onlangs bevestigd door een onafhankelijk rapport van het RIVM. ‘Voor de gezondheid van met name kinderen gaat het om ongewenste hoeveelheden’, stelde het onderzoeksinstituut.
 

Koerswijziging

Vakbond FNV pleit al veel langer voor de schonere ‘waterstofroute’ om ijzer uit ijzererts te maken. Toen recent ook de politiek druk begon uit te oefenen op het staalbedrijf, besloot de directie afgelopen woensdag tot een drastische koerswijziging (persbericht). Het neemt daarmee afscheid van de plannen om CO2 op grote schaal af te vangen en op te slaan.

Tata Steel wil nu versneld overstappen op schonere productieprocessen op basis van aardgas en waterstof. Daarbij gaat uiteindelijk niet alleen de CO2-uitstoot drastisch omlaag, maar deze processen zijn ook schoner voor de omgeving.
 

Middeleeuwse manier

Wat op de schop gaat is, om precies te zijn, de productie van ijzer uit ijzererts. Dat gebeurt nu nog altijd op een in feite middeleeuwse manier. In een hoogoven worden cokeskolen verstookt samen met ijzererts, waarbij de temperatuur oploopt tot 1600 graden Celsius. Dit erts is een mengsel van ijzeroxiden en de cokeskolen trekken hier de zuurstofatomen uit, zodat ijzer overblijft, een tussenproduct voor het maken van staal. De koolstof uit de cokeskolen verandert hierbij echter in CO2, het broeikasgas, dat we juist moeten gaan vermijden.
 

Zweden

De schonere manier om ijzer uit erts te maken, werkt met waterstof, en op een paar plekken in de wereld is dit al gelukt. Het Duitse Thyssenkrupp experimenteert ermee. En in Zweden heeft staalbedrijf SSAB zelfs al een kleine proeffabriek draaien, die onlangs de eerste batches staal opleverde van prima kwaliteit (zie de foto hieronder).
 

Een historisch stukje sponsijzer, een tussenproduct op weg naar staal. Foto Vattenfall

 

Uitdagingen

Dit is allemaal hoopgevend, maar de verwachting is dat er bij het opschalen van de productie nog wel technische uitdagingen liggen, zoals de flink hogere temperaturen die optreden bij waterstofinjectie, in vergelijking met cokeskolen. Lees voor meer achtergronden het artikel ‘Hier komt het klimaatbestendige staal’ (pdf-bestand), uit De Ingenieur van mei 2020.
 

Tussenstap

Hoe snel Tata Steel deze waterstofroute draaiend zal hebben, is dan ook nog niet bekend. Mogelijk zet het eerst een tussenstap, waarbij de hoogoven met aardgas wordt opgestookt. Dit is bestaande technologie en mogelijk heeft het bedrijf deze schonere (maar niet CO2-vrije!) hoogoven binnen een jaar of acht draaiend.

Het geduld van de bewoners van IJmuiden en omgeving wordt dus nog wat langer op de proef gesteld. De lucht zal niet meteen schoner worden, hoewel Tata Steel binnenkort wel extra filters zal gaan aanbrengen, die de uitstoot van lood omlaag moeten brengen, meldt NRC.
 

Lees verder in het dossier ‘Schoner staal maken’.
 

Openingsfoto: Tata Steel in IJmuiden. Foto Alf van Beem / CC0 1.0