Solar Orbiter op weg naar de zon
De ruimtesonde Solar Orbiter van de ESA werd vanochtend vroeg succesvol gelanceerd. De sonde is onderweg naar de zon om deze van dichtbij te bestuderen.
Over een kleine twee jaar moet de Solar Orbiter in zijn eerste operationele baan aankomen, een elliptische baan rond de zon, en kan het data verzamelen beginnen.
De missie wordt geleid door de Europese ruimtevaartorganisatie ESA, dat voor dit project samenwerkt met het Amerikaanse NASA. De informatie die de wetenschappers over de zon willen verzamelen, moet inzicht geven over de invloed van de zon op onze aarde. Bijvoorbeeld over de gevolgen van een zonne-uitbarsting voor de aarde. Zal de uitbarsting de aarde beïnvloeden, hoe en wanneer zijn vragen waarbij Solar Orbiter ons moet helpen.
De polen van de zon
De sonde gaat de poolgebieden van de zon in kaart brengen en zonnestormen bestuderen. De sonde gaat zeven tot tien jaar lang op ongeveer 42 miljoen kilometer afstand van het zonneoppervlak rondcirkelen. Om de atmosfeer van de zon – de corona – en de zonneschijf te visualiseren zijn camera's aan boord die hoge resolutie-beelden maken. Andere instrumenten doen metingen rondom de sonde zelf, om de zonnewind en het magneetveld van de zon te bepalen.
Hitteschild
De sonde kan zo dicht in de buurt van de zon komen dankzij een hitteschild dat alle apparatuur tegen de hitte van de zon beschermt. Dit schild is bestand tegen temperaturen tot 500 graden Celsius, dat is gemaakt van onder andere titanium, carbon vezel en aluminium. Voor het maken van foto's van de zon moet af en toe een klein deurtje in het hitteschild open gaan, waarachter speciaal hitte blokkerend glas zit.
Parker Solar Probe
NASA stuurde anderhalf jaar geleden al de Parker Solar Probe richting de zon. Deze sonde is ontworpen om nog dichterbij de zon te komen en heeft andere apparatuur aan boord. Dit ruimtevoertuig is gebouwd om alleen metingen direct rondom de sonde te doen en maakt geen beelden van de zon.
De twee sondes zijn bedoeld als complementaire ruimtevaartuigen die de zon van dichtbij onderzoeken. De data-sets van beide voertuigen kunnen elkaar ondersteunen en aanvullen.
Foto: ESA - S. Corvaja