Mag je seksueel getinte grapjes maken? Hoe moet je reageren op kritiek en wat mag je als vertegenwoordiger van een softwareproject zeggen op Twitter? Formele gedragscodes moeten programmeurs een antwoorden bieden op zulke vragen en de diversiteit in het werkgebied bevorderen. ­­In de praktijk leiden ze regelmatig tot felle conflicten. Waar komt de cultuurstrijd rondom codes of conduct vandaan? 

Oorspronkelijk, in de beginjaren van het vak, werd programmeren vooral door vrouwen gedaan. Het werd gezien als een logische vervolgstap voor secretaressewerk, een vak dat doorgaans door vrouwen werd uitgeoefend. De eerste elektronisch werkende, digitale computer ter wereld, ENIAC, werd in de jaren ‘40 van de vorige eeuw geprogrammeerd door een team van de Amerikaanse University of Pennsylvania dat onder leiding stond van zes vrouwen. 
Maar de afgelopen decennia is de programmeurswereld van lieverlede een mannenbolwerk geworden en voor de vrouwen die in het vak actief zijn, is dat soms lastig. Sinds #metoo is er ineens meer aandacht voor de bedenkelijke omgangsvormen van veel programmeurs. Natuurlijk is het mooi wanneer twee mensen elkaar echt leuk blijken te vinden tijdens een bijeenkomst, maar wanneer alle mannen gaan sjansen met die ene, aanwezige vrouw, wordt het een heel ander verhaal. 


Schuddende borsten

Dat er bij een congres op het grote scherm een gifje wordt vertoond met schuddende borsten, voelt evenmin prettig wanneer er maar een paar vrouwen aanwezig zijn tussen vele mannen. Of als vrouwelijke programmeurs te horen krijgen dat hun jurkje leuk weliswaar is, maar dat programmeren toch meer iets is voor mannen. Stuk voor stuk voorbeelden uit de praktijk die ertoe kunnen leiden dat vrouwen zich wel twee keer bedenken eer ze voor een loopbaan in het programmeerwereldje kiezen. En dat is allesbehalve wenselijk, want er is een groot gebrek aan programmeurs. 
Steeds meer organisaties hebben daarom een code of conduct: een reeks gedragsvoorschriften die een gelijkwaardige samenwerking en diversiteit onder werknemers moeten bevorderen. Niet alleen bij conferenties en meet-ups, maar ook bij online open source projecten moet een code of conduct de omgangsvormen tussen programmeurs vastleggen. Hoewel de gedragsvoorschriften dus bedoeld zijn als sociaal smeermiddel, veroorzaken ze in de praktijk nogal eens discussie. Google op termen als CoC, coders en toxic culture, en op je scherm ontvouwt zich een felle cultuurstrijd. Die strijd vertoont parallellen met de discussies over #metoo, waarbij tegenstanders van de gedragscodes de voorstanders uit­maken voor social justice warriors, terwijl de voorstanders hun opponenten wegzetten als witte, geprivilegieerde mannen die hun macht niet willen delen. Wat is er aan de hand? 

Hoe buitenissig en onaangepast programmeurs ook zijn, als hun codes deugen doet hun gedrag niet ter zake


Safe space

Om wat tegenwicht te bieden aan die door mannen ge-domineerde sessies, organiseert Janine Khuc MSc, data ­scientist bij Pacmed, zelf bijeenkomsten voor de Amsterdamse afdeling van R-Ladies, een organisatie die het gebruik van de programmeertaal R (die gebruikt wordt voor statistiek en data-analyse), bevordert bij vrouwen en andere minderheden binnen de programmeurswereld. De organisatie hanteert ook een code of conduct om een respectvolle omgang tussen de deelnemers aan te moedigen. Die schept duidelijkheid voor het geval er zich mannen aanmelden die eigenlijk op zoek zijn naar een date. Er zijn vele gedragscodes in omloop, die onderling vooral verschillen in de mate waarin ze in detail treden. De ene gedragscode beperkt zich tot geboden als: ‘wees aardig voor elkaar’, de andere is een ellenlange lijst regels van do’s and don’ts. Veiligheid (meestal uitgedrukt met de Engelse term safe space) is hierbij een kernbegrip, aldus Khuc. Safe space betekent dat iedereen binnen een organisatie of samen­werkingsverband zich vrij voelt om zich uit te drukken en vragen durft te stellen, zonder bang te zijn dat anderen je veroordelen. Geef geen beledigend commentaar over iemands gender, identiteit, seksuele oriëntatie, leeftijd, mentale aandoening, ras of religie. Oordeel niet over zaken als leefstijl of eetgewoonten en raak niemand ongewenst aan.’ 
Het lijken voorschriften waar niemand iets op tegen kan hebben: wie pleit er nu vóór het ­toestaan van seksisme en beledigingen? Toch is drs. Jos Vos, mede-oprichter van X/OS Experts in Open Systems BV en expert op het gebied van open source software, erg kritisch over het vastleggen van gedragsregels. ‘Hardcore programmeurs zijn vaak direct en soms ook arrogant’, zegt hij. ‘Dat kan weliswaar niet iedereen waarderen, maar het wordt meestal wel geaccepteerd uit respect voor de kennis en de bijdragen. Ik kan me voorstellen dat sommige mensen zich hierdoor laten afschrikken, maar dat is dan maar zo. Het werkt niet om iemands natuurlijke wijze van omgang geforceerd te wijzigen, dat zou sommige echt goede mensen juist wegjagen en de kwaliteit van het werk nadelig beïnvloeden.’ 
 

Sneeuwvlokjes

Het is een veel gehoord argument bij discussies over codes of conduct: de programmeer­wereld is altijd een meritocratie geweest: alleen de kwaliteit van de software telt, niet wie deze heeft geschreven. Hoe buitenissig en onaangepast programmeurs ook zijn, als hun codes deugen doet hun gedrag niet ter zake. Drs. Guido van Rossum, ontwerper van de programmeertaal Python, vindt het maar onzin. ‘Bij het Python­project zijn we blij met iedereen die een bijdrage levert. Niet iedereen hoeft een ervaren C-programmeur te zijn.’ Ook van het argument dat een code of conduct begaafde, maar minder sociaal handige programmeurs zou wegjagen, is Van Rossum niet onder de indruk. ‘Echte eenlingen functioneren sowieso niet goed in een project, omdat je in open source goed moet kunnen samen­werken. De code of conduct treedt in werking wanneer er beledigingen of bedreigingen worden geuit. Ook minder sociaal handige personen moeten in staat zijn om zich te houden aan de grenzen die deze gedragscode stelt.’

 

Meer lezen over gedragscodes in de programmeurswereld?

Het volledige verhaal vind je in het decembernummer van De Ingenieur. Koop de digitale versie voor € 7,50, of neem - met een flinke korting van 25 % - een digitaal jaarabonnement van twaalf nummers voor € 69,-.