Een 60 meter hoge plantenwand is de eyecatcher van het EMA-gebouw. Het streven was het pand van top tot teen duurzaam, groen en circulair te maken. Zelfs met vogels en vleermuizen wordt rekening gehouden.

Op de Zuidas in Amsterdam is een nieuw gebouw uit de grond gestampt. Met ruim 900 werknemers zal het European Medicines Agency (EMA) eind 2019 hiernaartoe verhuizen vanuit een tijdelijke Amsterdamse huisvesting. De 36.000 bezoekers die het EMA op jaarbasis ontvangt, kunnen straks terecht in de grote congresruimte die onderdeel is van het ontwerp. Het gebouw zit vol duurzame snufjes en oplossingen.

De duurzaamheidseisen die het EMA stelt zijn hoog, net als die van de gemeente Amsterdam en het Rijksvastgoedbedrijf (RVB). Als bij oplevering aan alle eisen is voldaan, is het pand verzekerd van het certificaat BREEAM ‘Excellent’. Het bewijs dat het gebouw voldoet aan de negen duurzaamheidseisen waarop het wordt beoordeeld. Een ander bijzonder aspect is de snelheid waarmee het gebouw wordt neergezet. In mei 2018 werd de eerste paal geslagen. Vandaag is het gebouw opgeleverd. 

In alle hoeken van het gebouw zie je duurzaamheidsoplossingen terug. Sommige duidelijk zichtbaar, andere meer verstopt. Een groene plantenwand met een hoogte van maar liefst ­60 m is deeyecatcher van het interieur. Vanaf de zesde etage heb je er goed zicht op. De wand s meer dan een sfeermaker, hij verbetert ook het binnenklimaat.

 

Verkoeling dankzij planten

‘De planten bevorderen de luchtkwaliteit in het gebouw geven verkoeling op warme zomer­dagen’, legt RVB’s landschapsarchitect Mirjam Segeren uit. De groene wand is ingezet met tegels van natuursteen, die terugkomen op het maaiveld bij de hoofdingang en op de daktuin op de derde verdieping. De daktuin vangt regen­water op in een retentielaag en overtollig water gaat naar een buffertank in de kelderbak. Zo wordt het gemeentelijk rioleringssysteem ontlast en water bespaard bij het begieten van de planten in de daktuin.

‘Bij de beplanting hebben we rekening gehouden met de bestaande ­leefomgeving van planten en dieren’, vertelt Segeren. ‘Op de zijgevel van het pand hangen nestkasten voor vleermuizen en bij de keuze van planten in de daktuin hebben we rekening gehouden met de lokale vogelpopulaties. Die vinden hier voedsel en kunnen een nest bouwen.’

 

Slimme constructie met prefab

Het zijn niet alleen natuurlijke elementen die het gebouw duurzaam maken. Ook de complete constructie van het gebouw draagt daaraan bij. ‘Bij het ontwerpen van de draagconstructie is zoveel mogelijk gebruikgemaakt van een vaste maat’, vertelt Bianca Derkzen, technisch manager en constructeur van het Rijksvastgoedbedrijf.

‘Daardoor is het mogelijk om uitsluitend prefab elementen te gebruiken. In grote hoeveelheden kunnen die al in de fabriek worden gemaakt. Dat bespaart materiaal en bevordert de bouwsnelheid.’ De hoofddraag­constructie is van staal. Het is materiaal waarmee je snel kunt bouwen en bovendien is het herbruikbaar.

Een simpele vorm komt de duurzaamheid ten goede

‘Het gebruik van beton hebben we zoveel mogelijk beperkt, omdat dit een minder duurzaam materiaal is; de productie van beton veroorzaakt veel CO2-­uitstoot. Alleen bij de centrale kern, de fundering en als toplaag op de stalen vloerplaten konden we er niet omheen.’

De vorm van het gebouw is eenvoudig en dat is niet voor niets. Het komt de duurzaamheid ten goede, maar ook de snelheid waarmee het gebouw is neergezet. ­Derkzen: ‘Door het ontbreken van uitstekende of overhangende vormen en elementen kun je optimaal stapelen.’ Een aantal conferentiezalen bevindt zich recht onder de daktuin. Dat is de enige plek met een dubbele overspanning.

 

Bouwsnelheid

Een deel van de installaties van het EMA-gebouw bevindt zich op een speciale tussenetage boven de tweede verdieping. Hierdoor konden deze al vroeg in het bouwproces worden geïnstalleerd, wat de bouwsnelheid ten goede kwam. De rest van de installaties bevindt zich op de bovenste etage, waar bij veel gebouwen alle installaties komen te staan.

Op de tussenverdieping vertelt Marcel van Breugel, realisatiemanager installaties bij de Bouwcombinatie EMA, over het verwarmen en koelen van het kantoor. ‘Doordat de systemen voor verwarmen en koelen van het gebouw zijn aangesloten op de stadsverwarming en -koeling van de gemeente Amsterdam, zijn er geen ketels en koelmachines nodig. Enkel de ruimte met IT-techniek wordt met een eigen installatie gekoeld.’

Verwarming is op werkplekniveau naar wens aan te passen. Ook bij de verlichting in het pand is naar een duurzame oplossing gezocht: de lampen worden automatisch sterker naarmate mensen zich in de buurt bevinden.’

Er zijn geen ketels en koelmachines nodig

Het EMA-gebouw is bij voltooiing een BENG (Bijna Energieneutraal Gebouw), dat komend jaar de wettelijke norm is voor alle nieuwbouw. Om ook de gebruikers van het gebouw te stimuleren tot duurzaam gedrag, heeft het gebouw een enorme fietsenstalling. Bovendien sluit het openbaar vervoer perfect aan op de locatie van het EMA-gebouw.


MEER LEZEN?

Dit verhaal komt uit het novembernummer van tijdschrift De Ingenieur. De digitale uitgave van het tijdschrift is hier voor € 7,50 te koop. Of neem een digitaal jaarabonnement met een flinke korting voor € 69,-.

Tekst: Juliska Wijsman

Foto’s Rob Acket