In Shanghai nadert de op een na hoogste toren ter wereld zijn voltooiing. Met 632 m moet deze alleen de Burj Khalifa in Dubai voor laten gaan. De toren telt 121 verdiepingen en vervolmaakt het in extreme hoogbouw opgetrokken financiële en handelscentrum in het Pudong-district van de metropool.

Het Amerikaanse architectenbureau Gensler koos een speciale vorm voor de toren. Hij heeft afgeronde hoeken die over de hele lengte 120° torderen. Dit is gedaan om de windbelasting te beperken, volgens windtunneltests met 24 %. Dat is nodig vanwege de orkanen die Shanghai kunnen treffen.

De dragende constructie bestaat uit een betonnen kern met kolommen aan de buitenkant. Deze zijn via vakwerkconstructies met elkaar verbonden. De kolommen vormen ook de dragers voor de negen atriums, die de toren onderverdelen. Elk atrium is beplant, herbergt winkels, restaurants en dergelijke, en vormt zo een binnenplein in de toren. De atriums zijn begrensd door een buitenste en een binnenste schil, die zorgen voor energiezuinige klimaatbeheersing binnenin de toren.

Bijzonder is verder dat de toren is uitgerust met een actieve bewegingsdemper, een 1000 ton zwaar gewicht van staalplaten, dat een tegenbeweging creëert wanneer de toren bovenin heen en weer slingert. Om te voorkomen dat het staalgewicht zelf te veel gaat slingeren, hangt deze boven een koperen plaat met magneten. Beweegt het contragewicht, dan wekt die in de koperplaat een stroom op die de beweging weer tegenwerkt.

Deze foto is genomen door het duo Vadim Makhorov en Vitaliy Raskalov. Zij noemen zich On The Roofs, en dat is ook wat ze doen: vanaf hoge punten in een stad foto’s maken. Bij de Shanghai Tower slaagden ze erin de bouwkraan te beklimmen. Ze kozen daarvoor speciaal het Chinese nieuwjaar uit, toen al het werk stillag en er weinig bewakers rondliepen. In totaal brachten ze bovenin achttien uur door, wachtend op gunstig weer. Direct naast de toren in aanbouw is de Jin Mao Tower te zien, en aan de andere kant van de hijskabel het Shanghai World Financial Centre.

tekst ir. Frank Biesboer  foto Vadim Makhorov en Vitaliy Raskalov