'Driebiggetjescomplex' hindert doorbraak biobased bouwen
Behalve aan het roodkapjesyndroom lijden we ook aan een driebiggetjescomplex, constateert hoofdredacteur Pancras Dijk in zijn voorwoord van het decembernummer van De Ingenieur.
Nu de wolf sinds enkele jaren weer in ons land rondzwerft, blijken veel mensen te lijden aan het roodkapjesyndroom. Hun angst voor de wolf stoelt vooral op de angstaanjagende sprookjes die zij als kind hoorden en waarin de wolf steevast de rol van slechterik vertolkt. Met zelfs maar een beetje biologische kennis zouden ze kunnen weten dat de roofdieren in werkelijkheid zo schuw zijn dat mensen er weinig van te duchten hebben.
Het wordt de laatste tijd steeds duidelijker dat we behalve aan het roodkapjesyndroom ook lijden aan een driebiggetjescomplex. U kent het sprookje wel. Twee biggetjes die hun huis respectievelijk van stro en hout maken worden verslonden door een (daar is-ie weer) boosaardige wolf. Het derde biggetje, dat bakstenen verzamelt en daarmee ijverig aan het metselen slaat, blijft gespaard.
Doorbraak van biobased bouwen
Dit complex vormt een grote hindernis voor de doorbraak van biobased bouwen. Hoewel onderzoek en tal van experimenten hebben aangetoond dat riet, bamboe, mycelium, kurk, hennep, spinaziezaden, paprikastengels en ja, ook stro een rol van betekenis kunnen spelen in de bouw, worden dergelijke biologische materialen nog nauwelijks ingezet.
Behalve door de angst voor het onbekende komt dat ook door de regelgeving. Want degene met het grootste driebiggetjescomplex is misschien wel de wetgever.
De huidige bouweisen zijn volledig afgestemd op de inzet van steen, cement en beton, wat de verdere ontwikkeling van deze veelbelovende materialen behoorlijk in de weg staat.
U leest er meer over in het omslagverhaal van deze maand.
Tekst: Pancras Dijk
Foto: Shutterstock