‘Voorsprong door techniek.’ Echt waar?, vraagt redacteur Jim Heirbaut zich af in zijn maandelijkse column. Dit keer over lijnrechters bij tennis.

Als fanatieke tennisfan gaat er een vlaag van nostalgie door me heen als ik lees dat Wimbledon afscheid neemt van zijn lijnrechters. Vanaf volgend jaar zitten langs de velden van het chicste professionele tennistoernooi in Londen geen officials meer urenlang naar een lijn te turen. Het toernooi maakt vanaf 2025 gebruik van electronic line calling, een elektronisch systeem dat rechtstreeks aan de umpire – de scheidsrechter op die hoge stoel – laat weten of een bal buiten het veld landde of net de lijn nog heeft geraakt.

Jammer. Ik vond het wel mooi om dat legertje mensen de baan op te zien komen, allemaal in de officiële kledij van het toernooi. Op het kakkineuze Wimbledon waren dat marineblauwe colbertjes, gestreepte lichtblauwe overhemden en witte broeken of rokken. Het beeld van deze lijnrechters maakte 147 jaar deel uit van de Wimbledon-traditie, net als aardbeien met slagroom en regenbuien die de wedstrijden onderbreken.

De leiding van het beroemde grastoernooi stapt bepaald niet als eerste over op technologie: veel andere toernooien deden dat al eerder. ‘We zijn van mening dat de technologie voldoende robuust is en dat de tijd rijp is om deze belangrijke stap te zetten in ons streven naar maximale nauwkeurigheid’, zei ceo Sally Bolton van de All England Club die Wimbledon organiseert.

Het is te begrijpen. Lijnrechters moet je immers betalen voor hun werk, ze worden moe en maken zo nu en dan een foutje. Het is ook niet makkelijk om lang geconcentreerd een witte kalklijn in de gaten te houden. Het grootste deel van de tijd heb je feitelijk niets te doen, maar ineens kun je aan de beurt zijn. Fault! of Out! moet je dan roepen en jouw beoordeling kan een wedstrijd doen kantelen. Het is dan ook niet raar dat lijnrechters soms de wind van voren krijgen. Drievoudig winnaar John McEnroe is in deze categorie het beruchtst – You cannot be serious! That ball was in! – maar er zijn meer spelers die er wat van kunnen.

Lijnrechter zijn is soms zelfs ronduit gevaarlijk. Toen Novak Djokovic in 2020 een bal weg sloeg uit frustratie, kwam die terecht op de keel van een vrouwelijke lijnrechter, die ineen zeeg en medisch moest worden behandeld. Nu was dit een uitzonderlijke situatie, maar de lijnrechters die in het midden achter de baan zitten, lopen voortdurend het risico te worden getroffen door ballen die door de beste serveerders met meer dan tweehonderd kilometer per uur op ze worden afgevuurd.

Computers nemen meer taken van ons mensen over. Is dat vooruitgang? Misschien. Gaat dit elektronische systeem tenniswedstrijden eerlijker maken? Ongetwijfeld. Wordt het er leuker op om naar tennis te kijken? Nee, zeker niet.

De kans op fouten en de onverwachte reactie die dat uit kan lokken, maken het spel spannender en geven het net een extra vleugje dramatiek. Dat ga ik missen. 

Dit artikel verscheen eerder in de editie van november 2024 van De Ingenieur.

Foto: Robert Lagendijk