âDe beste techniek voor de beste zorgâ
Tim Horeman, voormalig Ingenieur van het Jaar, werkte zich op van de mavo naar een promotie aan het LUMC en de TU Delft. Als universitair hoofddocent in Delft werkt hij aan beter betaalbare medische robots die minder afval opleveren.
âGeboren in een dorpje in Noord-Holland, was ik al vanaf mijn tiende bezig met het sleutelen aan brommertjes, het bouwen van aquariums en af en toe spijbelen. Ik deed vooral dingen waar ik niet mee bezig moest zijn. Terugkijkend denk ik dat mijn hersenen nog niet goed waren ontwikkeld. Pas vrij laat zag ik in wat het nut is van een beetje mân best doen. Daardoor heb ik me moeten opwerken van het laagste naar het hoogste niveau.â
âDoor de lange weg die ik heb afgelegd â mavo, mts, hts, universiteit â weet ik precies wat mensen doen die met hun handen werken. Ik wĂ©Ă©t het niet alleen, ik ben een van hen en dat helpt mij in mijn huidige baan aan de TU Delft. Om goede resultaten te boeken, hebben we mensen met allerlei vaardigheden nodig. Iedereen is van onschatbare waarde, dat vind ik ook supermooi. En omdat ik van alle lagen ben, heb ik ook die verbindende kwaliteiten.â
Â
Wat drijft de hedendaagse ingenieur?
Dat onderzoeken we in de vaste rubriek DRIVE. Deze maand met Tim Horeman-Franse, die robots in de zorg naar een hoger niveau wil tillen.
âWat mij drijft is om de allerbeste technische middelen te ontwikkelen, waarmee chirurgen wereldwijd de allerbeste zorg aan patiĂ«nten kunnen verlenen. Veel instrumenten waarmee chirurgen nu werken, zijn ontworpen vanuit de technologie, niet vanuit de vraag hoe een chirurg de best mogelijke zorg kan verlenen. Daarbij richten fabrikanten zich vaak op de 10 procent rijkste landen. De oplossingen vertalen ze onvoldoende naar armere landen. Dat frustreert me wel eens. Ook werken deze bedrijven nog niet erg duurzaam.â
Â
Hergebruik
âVeel instrumenten zijn wegwerp: een prettig verdienmodel voor bedrijven, maar erg slecht voor de wereld. Daarom werken we sinds kort aan een operatierobot waarvan de instrumenten beter zijn te reinigen voor hergebruik. Want dit soort robots zijn geweldige staaltjes techniek, maar de instrumenten die erin zitten, kunnen maar een paar keer veilig worden gebruikt. De afvalberg van robotoperaties is daardoor soms 40 procent hoger dan van reguliere kijkoperaties. Als ik vanuit mijn pensioen terugkijk, hoop ik dat we met zijn allen een duurzamere wereld hebben gemaakt en dat mijn technologieĂ«n daaraan een beetje hebben bijgedragen.â
âEen baas wil ik niet zijn, een leider wel. Ik wil dat mijn mensen begrijpen waarom ze een bepaalde opdracht krijgen; ze moeten hun rol in het geheel snappen. Mijn collegaâs zien mij denk ik als een vriendelijke, joviale jongen die niet snel in een pak te zien is. Het gaat mij Ă©cht alleen om de inhoud.â
âIk weet eigenlijk nog steeds niet âwat ik later worden wilâ en dat houdt me jong. Onderwijs geven vind ik gaaf. Om te onderwijzen moet je iets Ă©cht snappen. Het helpt mij ook om te reflecteren op mijn succesverhalen die, hoop ik, anderen inspireren tot het ontwikkelen van hun eigen ideeĂ«n.â
Â
Valkuil
âIk ga in mijn werk niet altijd recht op mijn doel af. De valkuil is dat ik andere leuke dingen zie langskomen. Toen ik zag hoeveel afval ziekenhuizen genereren, ben ik daar ingedoken. Voor ik het wist hadden we het bedrijf GreenCycl gestart, dat inmiddels van 35 procent van de Nederlandse ziekenhuizen afval binnenkrijgt om te recyclen. Hartstikke mooi, maar ik moet oppassen dat het werk aan die operationele processen niet te veel van mijn tijd opslokt. Ik kan me toch niet met ĂĄlles blijven bezighouden?â
âTwee of drie keer zat ik dicht tegen een burn-out aan. Gelukkig herkende ik de signalen op tijd. In mijn vrije tijd probeer ik te sporten en mijn jonge kinderen voorkomen dat ik te lang in mijn werk blijf hangen thuis. En, ik kan het niet laten, ik sleutel nog steeds aan oude autoâs en motoren.â
Dit artikel verscheen eerder in het oktobernummer 2023 van De Ingenieur. Neem eens een proefabonnement!
Foto Bianca Sistermans