Zonnepanelen hebben vaak een lager rendement dan verwacht, zeggen onderzoekers van de TU Eindhoven na een praktijktest. De energieopbrengst van de geteste panelen lag gemiddeld zes procent lager dan de voorspellingen.

 

De onderzoekers uit Eindhoven testten 256 identieke PV-systemen op negentien locaties verspreid over Nederland. De belangrijkste reden voor het tegenvallende rendement is dat schattingen van de opbrengst vaak zijn gebaseerd op standaardomstandigheden en er te weinig rekening wordt gehouden met de situatie ter plekke, schrijven de onderzoekers in het vakblad Applied Energy.

Variaties in zonnestraling en schaduw maar ook vuil en slijtage kunnen de prestatie van de zonnepanelen verminderen.

 

Gebruikers en bedrijven

Een goede schatting van de opbrengst van zonnepanelen is zowel belangrijk voor de mensen die deze willen aanschaffen als voor bedrijven. Gebruikers willen meestal graag weten wat de terugverdientijd van hun aanschaf is, bedrijven willen geen claims vanwege te optimistische voorspellingen.

 

Variërende factoren

Promovendus Bin Meng nam voor het onderzoek contact op met het woningbouwbedrijf MorgenWonen (een dochterbedrijf van VolkerWessels), dat de afgelopen jaren honderden prefab-woningen door heel Nederland heeft gebouwd. Een deel daarvan is voorzien van zonnepanelen.

Omdat zowel de woningen als de panelen zijn gestandaardiseerd, kon het onderzoek zich toespitsen op de factoren die wel per geval varieerden, namelijk de locatie, de oriëntatie op de zon, seizoensgebonden variaties, de helderheid van de hemel in de gemeten periode en slijtage.

 

Standaardomstandigheden

De ‘standaardomstandigheden’ waar fabrikanten normaal gesproken van uitgaan bij het specificeren van het rendement van zonnepanelen, is een zonnestraling van 1000 watt per vierkante meter en een zonnecel-temperatuur van 25 graden. De Eindhovense onderzoekers maakten gebruik van grondstations van het KNMI om de echte gegevens voor de meetmaand bij te houden.

Meng en zijn collega’s hielden alles een maand bij, in het midden van de zomer.

 

Masking

In standaardschattingen wordt vooral de invloed van schaduw en van masking over het hoofd gezien, vertelt Meng in een nieuwsbericht op de website van de TU/e.

Masking blokkeert het indirecte, diffuse licht dat een bepaalde plek kan bereiken, net zoals schaduw dat doet voor het directe licht. Hoe groot het masking-effect is, hangt af van de fractie van de hemel die zichtbaar is vanuit de positie van de panelen. Meng: ’Zelfs in buitenwijken, waar niet veel hoogbouw is, kan de blokkering van diffuse straling vanuit de hemel de PV-efficiëntie danig verminderen.’

 

Vervuiling

Ook vervuiling van zonnepanelen kan de opbrengst flink omlaag brengen. Daarom worden er steeds meer slimmigheden bedacht om ze schoon te houden. Zo schreven wij eerder al eens over een elektrisch geladen plaat die stof afstootte en over een drone die de schoonmaak voor zijn rekening nam.

 

Openingsbeeld: Depositphotos