Nederland tweede op wereld-innovatielijst
Nederland is op de Global Innovation Index gestegen naar de tweede plaats, en moet alleen Zwitserland voor laten gaan. Voor het eerst hoort China tot de 20 meest innovatieve landen.
Nederland heeft zijn hoge score vooral te danken aan zaken als onderwijs, infrastructuur (ook voor ICT-toepassingen), samenwerking tussen universiteit en bedrijfsleven, de ontwikkeling van innovatieclusters, het benutten van kennis en intellectueel eigendom, ontwikkeling van ICT-diensten en online creativiteit.
De Index wijst ook zwaktes van Nederland aan. Het onderwijs mag in het algemeen goed zijn, we hebben wel te maken met relatief grote klassen in het voortgezet onderwijs en een relatief gering aantal studenten in bètawetenschap en de ingenieursopleidingen.
Nederland zit al jaren in de top 10, maar haalde de hoge score van een tweede plaats niet eerder. Er liggen overigens ook geen grote verschuivingen aan ten grondslag: de marges tussen de toplanden zijn klein.
Veelomvattende index
De Global Innovation Index voor 2018 werd gisteren bekendgemaakt. Hij omvat 126 landen met ruim 90 % van de wereldbevolking. Dit is het elfde jaar dat de index wordt gepubliceerd.
De Index kijkt naar een heleboel factoren en maakt daarbij onderscheid tussen de input voor innovatie en wat eruit komt. Tot die input horen zaken als arbeidsmarkt, onderwijs, investeringen in onderzoek en financiële structuur. Tot de output het aantal kenniswerkers, benutting van kennis, aantal patenten, nieuwe bedrijvigheid, mate van creativiteit. De Index wordt samengesteld door Cornell University, INSEAD and the World Intellectual Property Organization (WIPO).
China doet intrede
Voor het eerst hoort China nu ook bij de twintig meest innovatieve landen. Dit bevestigt het streven van de politieke leiders van China om niet meer alleen de fabriek van de wereld te zijn voor producten die elders zijn bedacht, maar ook zelf innovaties te ontwikkelen. Andere opvallende klimmers in de lijst zijn Maleisië, India, Iran, Mexico, Thailand en Vietnam.
Europa scoort goed
Wat opvalt in de lijst is dat Europese landen heel goed scoren, en dat geldt ook voor de EU als geheel. Volgens deze lijst valt het dus wel mee met de zo vaak gehoorde klaagzang over de innovatie-achterstand van Europa.
Arme landen scoren per definitie lager
Voor de Index als geheel geldt dat hoe welvarender een land is, hoe beter de score. Voor armere landen is het dus veel moeilijker om hoog te eindigen dan voor rijkere.
Er is daarom ook een onderverdeling gemaakt naar welvaartsklasse van landen. Van degene met een hoger midden-inkomen scoort China als beste, gevolgd door Maleisië en Bulgarije. Van de landen met een lager middeninkomen zijn dat Oekraïne, Vietnam en Moldavië en van de arme landen Tanzania, Rwanda en Senegal.
Daarnaast hanteert de Index een lijst van landen die gezien hun welvaart relatief hoog scoren. De lijst bevat Afrikaanse landen als Kenia, Rwanda, Mozambique en bijvoorbeeld ook Oekraïne, Moldavië en Georgië.
Amsterdam-Rotterdam cluster
De Index keek ook naar de rol van regionale clusters. Het best scoren in volgorde Tokyo-Yokohama (Japan), Shenzhen-Hongkong (China), Seoul (Zuid-Korea), San Jose-San Francisco (VS), en Beijing (China). In de top 50 staan twee Nederlandse clusters: Amsterdam-Rotterdam op plaats 17 en Eindhoven op plaats 29.
Openingsbeeld: Depositphoto