NASA staat op het punt om twee satellieten ter grootte van een attachékoffertje naar een andere planeet te sturen.

Op zijn vroegst komende zaterdag wordt de Marslander InSight gelanceerd – maar die is niet de enige passagier van de Atlas V-raket die vanaf de Vandenberg Air Force Base het luchtruim kiest. Aan boord bevinden zich ook twee identieke minisatellieten, MarCO-A en MarCO-B, die op eigen gelegenheid naar de rode planeet zullen afreizen.
 

Zes blokken

MarCO-A en B zijn zogenoemde CubeSats: goedkope satellieten opgebouwd uit kubussen van 10 bij 10 bij 10 cm. De MarCO’s bestaan elk uit zes van deze blokken en hebben dus grofweg het formaat van een attachékoffertje.

De minisatellieten bevinden zich tijdens de lancering niet bij InSight zelf, maar onderin de Centaur-rakettrap, het bovenste deel van de Atlas-raket. Als de MarCO’s daaruit zijn vrijgelaten, zullen ze hun rechthoekige zonnepanelen uitklappen. Het vermogen dat ze leveren neemt gaandeweg af, van 35 W in de buurt van de aarde naar 17 W in de buurt van Mars. De zonnestroom zou, in combinatie met een oplaadbare lithium-ion-accu, voldoende moeten zijn om de twee minisatellieten op eigen kracht naar Mars te laten reizen.

MarCO-minisatelliet met uitgeklapt zonnepaneel.


Opstapje

Of de MarCO's hun reisdoel zullen halen, is echter allesbehalve zeker. De satellieten spelen dan ook geen cruciale rol in de missie van InSight. Wel kunnen ze ervoor zorgen dat we hier op aarde eerder van de lander horen terwijl hij bezig is met zijn afdaling naar het planeetoppervlak. De Mars Reconnaissance Orbiter, het onbemande ruimtescheepje dat de data van InSight hoort op te pikken, zal die namelijk pas na een uur naar de aarde kunnen sturen. De MarCO-satellieten kunnen dat daarentegen vrijwel meteen.

De twee meeliftende satellieten zijn echter vooral een opstapje naar andere CubeSats die hun werk doen op grote afstand van de aarde. Daarbij kunnen ze zorg dragen voor de communicatie – zoals nu wordt getest bij InSight – of zelf wetenschappelijke data verzamelen. Denk dan bijvoorbeeld aan het maken van foto's met kleine camera's of het in kaart brengen van een planeetatmosfeer met behulp van radiostraling.

Beeld: NASA-JPL