De gebouwde omgeving moet vanaf 2050 volledig energieneutraal zijn, zo heeft Nederland in Europees verband afgesproken. Maar ons land staat er niet goed voor. Het energieverbruik is te hoog en we wekken te weinig duurzame energie op. Een hopeloze missie? Allerminst, leert het thema van de Dutch Green Building Week die deze maand plaatsvindt: het kan wel!

Missie De onafhankelijke onderzoeksorganisatie TNO verbindt mensen en kennis om innovaties te creëren die de concurrentiekracht van bedrijven en het welzijn van de samenleving duurzaam versterken. Daarvoor zetten de professionals van TNO al meer dan tachtig jaar hun kennis en ervaring in. TNO speelt een voortrekkersrol in de ontwikkeling en toepassing van nieuwe technologieën en werkt, samen met partners, gericht aan transities in negen maatschappelijke domeinen die het samen met de stakeholders heeft geïdentificeerd: Bouw, maritiem & infra, Milieu, Defensie & veiligheid, Energie, Gezond leven, Industrie, Informatie & communicatietechnologie, Mobiliteit & logistiek en Strategische analyses & beleid. Doelgericht innoveren, dat is waar TNO voor staat, waarbij de kennis niet een doel op zich is, maar de praktische toepassing centraal staat. Hoofdkantoor Den Haag Vestigingen Circa veertig in binnen- en buitenland Werknemers Ruim 3200

www.tno.nl/nl/career/tno-als-werkgever


Nederland bungelt ergens onder aan de energieneutrale ladder van Europa. Er is dus flink wat werk aan de winkel om de doelstelling van 2050 te halen. Maar TNO wil zelfs nog een stap verder gaan. Het instituut werkt aan energiepositieve gebouwen: gebouwen die energie produceren.

‘Die stap extra zetten we met een reden’, zegt Huub Keizers, die binnen TNO het programma Energie in de gebouwde omgeving leidt. ‘Het risico bij bouwen naar een energiedoel van precies nul is dat je te laag uitkomt. Ontwikkel je naar een positieve energieproductie, dan is de kans veel groter dat je je doel daadwerkelijk haalt.’

De energie die extra wordt geproduceerd, is vervolgens te gebruiken voor andere gebouwen, die bijvoorbeeld ongunstig georiënteerd staan om zelf veel energie op te wekken. Of je kunt die extra energie inzetten op wijkniveau, bijvoorbeeld om elektrische vervoermiddelen mee op te laden. ‘Enerzijds zeggen we energiepositief om een wijk in zijn geheel energieneutraal te krijgen, omdat sommige woningen of kantoren dat nu eenmaal niet zelf kunnen’, vertelt Keizers over de filosofie erachter. ‘Anderzijds kun je, als je écht energiepositief bouwt, ook een positief effect creëren op het transport of zelfs op de industrie in de buurt.’


Een schaal omhoog

Het belang van duurzame energie in de gebouwde omgeving wordt in de spotlights gezet tijdens de negende editie van de Dutch Green Building Week (23 tot en met 27 september). Het thema #HETKANWEL overtuigt en geeft tegenwicht aan het doemdenken, zegt Keizers. ‘Tegelijkertijd is de boodschap: ja het kan, áls we maar nu gaan opschalen.’

Veel technologieën zijn nu nog volop in ontwikkeling en niet rijp voor grootschalige toepassing. Maar naarmate ze verder zijn uitgewerkt, kunnen ze op grotere schaal worden geproduceerd. 2050 lijkt ver weg, maar de huidige snelheid van de energietransitie in de bouw is in ieder geval ontoereikend: het tempo moet omhoog. ‘Stel je voor dat je de komende vijf jaar gebruikt om bepaalde technieken compleet te ontwikkelen, dan heb je nog 25 jaar om de doelstelling te halen’, zegt Keizers. ‘Dat is goed te doen, maar we moeten over die eerste drempel heen.’

Technieken die nog in ontwikkeling zijn, gaan er niet hetzelfde uitzien als de technieken die we nu gebruiken. Daarvoor moeten we ruim denken en vooral heel veel experimenteren. Dat gebeurt onder andere in het NeroZero-huis in Heerhugowaard. Op deze pilotlocatie zijn technieken toegepast om tot vrijwel nul energiegebruik te komen. De focus ligt daarbij ook op het creëren van een gezond binnenmilieu, op de automatisering van de klimaatregeling en op het betaalbaar houden van de producten. Keizers: ‘Uiteindelijk gaat het om het totaalplaatje van duurzaam wonen.’

De doorontwikkeling van het NeroZero-project draait om de opschaling. ‘Hoe kun je dit op wijkniveau verder uitrollen? Daarbij kijken we bijvoorbeeld naar nieuwe digitale technieken.’ Vanuit die ene woning is goed te zien wat wel werkt en wat niet. ‘Het gaat er uiteindelijk om dat je hele wijken tegelijk kunt gaan aanpakken.’

 

50% techniek, 50% sociaal

Om de energietransitie te versnellen, is een sterke samenwerking nodig tussen álle betrokken partijen. Daar komt het Bouw en Techniek Innovatie Centrum (BTIC) om de hoek kijken. Deze publiek-private samenwerking vormt een verbindend netwerk voor de deelnemende partijen, zoals TNO, 4TUBouw, de Vereniging Hogescholen, Bouwend Nederland, Techniek Nederland, Koninklijke NLIngenieurs, en diverse overheden en bedrijven.

Het BTIC legt niet alleen de nadruk op energie. De integrale energietransitie voor de bestaande bouw en de versnelling daarvan is slechts een van de grote maatschappelijke opgaven. Ook centraal staan het langer operationeel houden van de grootschalige infrastructuur, zoals wegen en bruggen, evenals circulair bouwen, klimaatadaptatie en de digitalisering van data en werkprocessen.

‘In de beginfase ligt wel de meeste focus op de energietransitie, om die zo snel mogelijk op weg te helpen’, zegt Keizer. Alle betrokken partijen moeten het samen doen, licht hij toe. Want het gaat net zozeer om het sociale gedeelte als om de techniek. Het gaat om hoe je de mensen meekrijgt, maar ook om hoe je tussen bedrijven, over de verschillende sectoren en als opdrachtgever en opdrachtnemer met elkaar samenwerkt, aldus Keizers. BTIC bundelt de krachten van kennisinstellingen, marktpartijen en overheden, en vormt zo het vliegwiel voor kennis en innovatie binnen de bouw- en technieksector.

Met #hetkanwel wil TNO vooral het grote publiek laten zien wat er nu al mogelijk is. ‘Als je het op de goede manier doet, lost verduurzamen ook de nadelen op die we nu soms nog hebben. We zorgen ervoor dat er straks oplossingen zijn die zo prettig en zo mooi zijn dat het vanzelfsprekend wordt dat je mee gaat doen.’

 

Foto: TNO