Bionerd23 is een bijzondere vrouw. Ze heeft een punkkapsel, spreekt prima Engels en publiceert provocerende video’s vanuit de evacuatiezone van Tsjernobyl. Het lijkt erop dat ze bioloog is, een twintiger en van Duitse komaf. Zelf vindt ze dat haar naam er niet toe doet, alleen haar kennis. In een van haar meest besproken video’s eet ze een appel van een boom in de evacuatiezone, om in een volgend filmpje zo’n zelfde appel in een lab op straling te analyseren.

 

 

Die appel blijkt in de gammaspectrograaf een significant verhoogde hoeveelheid radioactief cesium te bevatten. Maar daarnaast is aantoonbaar dat dit de totale hoeveelheid straling die een mens ontvangt, niet significant verhoogt. Dat is de aanpak van Bionerd23. Niet ‘Straling!’ roepen en wegrennen, maar meten, vergelijken en nadenken. Rondom de kerncentrale van Fukushima zijn hotspots gevonden van 5 microSievert per uur. Dit is mede de aanleiding geweest voor de ontruiming. Maar Bionerd 23 maakte in 2012 al een video op het strand van Guarapari in Brazilië, waar door natuurlijke oorzaken (thoriumhoudend zand) een achtergrondstraling heerst van rond 50 microSievert per uur. Toch ligt men daar lekker in de zon.

 

 

De heldin van ons verhaal vindt het prachtig om zelf hotspots te ontdekken bij Tsjernobyl. Als haar stralingsmeter aanslaat, rust ze niet voordat ze het korreltje heeft gevonden dat daarvoor verantwoordelijk is. Daarbij blijkt ze dan toch haar grenzen te hebben: ze trekt handschoenen aan om haar methode te demonstreren. Ze zoekt met de stralingsmeter de globale plek in de grond waar de straling vandaan komt. Dan pakt ze met gehandschoende handen telkens een handvol aarde weg en houdt daar de meter bij, net zolang tot ergens een handvol aarde ligt met de boosdoener erin. Dat hoopje wordt dan telkens gehalveerd. Zo vindt ze de ene keer een kruimeltje grafiet en de andere keer een brokje uranium. Deze laatste vondst plukt ze trouwens weg uit een mierennest waarvan ze opgewekt vaststelt dat die ook wel radioactief zullen zijn.

 

 

Dat ze rationeel met risico’s omgaat, blijkt uit twee andere voorvallen. Echt onveilig vindt ze sommige gebouwen in de stad Pripyat, die sinds 1986 is verlaten. Onderhoud is er nooit meer gepleegd en weer, wind en wortels hebben hun werk gedaan. Het meest opmerkelijk is die ene keer dat ze echt in paniek raakt. Dat is bij een confrontatie met een vos, die wel eens besmet zou kunnen zijn met hondsdolheid. Vloekend vlucht ze de auto in voor de vos die alleen maar nieuwsgierig lijkt. En met een kort college legt ze uit dat tijdelijke tamheid bij een vos een voorstadium van rabiës kan zijn. Ook hier weer kennis in plaats van angsten op basis van halfbakken informatie.

 

 

tekst drs. Herbert Blankesteijn