De PowerNEST, een combinatie van een windturbine en zonnepanelen, kan hoge gebouwen energieneutraal maken, stelt de Eindhovense ontwikkelaar IBIS Power.

IBIS Power test de installatie sinds begin april op een containerstapel in de Groningse Eemshaven. ‘Alle windsnelheden komen daar voor. Zo zien we of de PowerNEST genoeg energie opwekt bij een zacht briesje en ook bestand is tegen zware storm’, vertelt CEO dr. ir. Alexander Suma. De verwachtingen zijn groot: de PowerNEST moet gebouwen van vijf tot tien verdiepingen hoog zelfvoorzienend maken dankzij de opgewekte zonne- en windenergie.

Suma is van oorsprong architect, wat volgens hem terug is te zien in het ontwerp van de PowerNEST. In feite is het een gestroomlijnde doos van 6 bij 6 bij 3,3 m, waarbij vooral de aerodynamisch vormgegeven flappen opvallen. Die sturen de wind naar binnen, waar een trechterachtige constructie de wind naar de turbine met een verticale as duwt. ‘Door de tunnelvorm wekt de installatie zelfs bij weinig wind energie op. Daardoor maakt de turbine meer draaiuren dan een gewone molen.’ De behuizing rond de turbine zorgt ook voor een bescherming tegen al te onstuimige wind. ‘In steden zijn windvlagen vaak onvoorspelbaar. De trechtervorm maakt de intensiteit van de turbulentie minder.’

Trechter

De PowerNEST is bedekt met zonnepanelen. ‘Ze ontbreken nog op de testinstallatie in Eemshaven, omdat er meetapparatuur op het dak moest komen. Maar de uiteindelijke versie krijgt ze wel.’ De PowerNEST benut het hele dakoppervlak en heeft daarmee een streepje voor op gewone zonnepanelen. ‘Die bedekken maximaal 80 % vanwege schoorstenen en andere obstakels. De PowerNEST ontwijkt het schoorsteenprobleem door de zonnepanelen hoog over de schoorstenen heen te laten lopen.’

Om een gebouw zelfvoorzienend te maken komen verschillende PowerNESTs naast elkaar op een dak te staan. Het uiteindelijke model krijgt waarschijnlijk iets andere afmetingen dan de proefopstelling, om beter aan te sluiten bij de gemiddelde dakgrootte in Nederland. Door de vaste afmeting is de productie eenvoudig. Ook de installatie gaat gemakkelijk: na het aanbrengen van een paar verankeringspunten is de kubus op het dak te hijsen en aan te sluiten.

Kuststrook

Maar zelfs met een aantal PowerNESTs naast elkaar is er veel wind nodig om een gebouw echt zelfvoorzienend te maken. Daarom richt IBIS Power zich op specifieke gebieden. ‘Om het geheel rendabel te maken richten we ons op gebouwen rond de kunststrook, tot maximaal 50 km landinwaarts. Ze moeten minstens vijf verdiepingen hoog zijn, want anders is de verwachte opbrengst te laag.’

In die kunstgebieden moet de zon-windcombinatie zichzelf in acht tot twaalf jaar terugverdienen. In afwachting van de uiteindelijk testresultaten heeft Rabobank al laten weten een PowerNEST op een van zijn kantoren te willen plaatsen. Ook vanuit het buitenland is er interesse: de windrijke Deense hoofdstad Kopenhagen is van plan een aantal gebouwen uit te rusten met een PowerNEST.