De schaarste te lijf
Voor het verkrijgen van kritieke grondstoffen zijn we in Europa vrijwel volledig afhankelijk van verre buitenlanden. De onlangs aangenomen Critical Raw Materials Act moet daarin verandering brengen. Wat zijn de mogelijkheden?
Terwijl de Nederlandse daken bedekt raken onder zonnepanelen, de laadpalen als paddenstoelen uit de grond schieten en de vloot elektrische auto’s zich gestaag uitbreidt om de klimaatverandering tegen te gaan, dringt zich langzaam maar zeker een nieuw probleem op: een dreigend tekort aan beschikbare en betaalbare materialen.
Het gaat vooral om metalen als iridium, lithium, nikkel, neodymium en kobalt, die nodig zijn om de energietransitie gaande te houden. Iridium zit in elektrolysers – al wordt daar steeds vaker platina voor gebruikt, lithium en nikkel in accu’s van elektrische auto’s, neodymium in de magneten van windturbines en kobalt in batterijen. Europese landen trekken samen op om de schaarste te lijf te gaan en minder afhankelijk te worden van landen zoals China.
Dit is niet het volledige artikel. Het hele verhaal staat in De Ingenieur van augustus 2024. Interessant? Neem eens een proefabonnement van drie nummers voor 25 euro.
Politieke schaarste
Samen optrekken op het gebied van grondstoffen doet Europa al langer (zie kader De Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal). Politiek wordt immers voor een groot deel bepaald door de beschikbaarheid van belangrijke grondstoffen, en de beschikbaarheid van belangrijke grondstoffen voor een groot deel door de politiek. Dat zei David Peck, expert kritieke materialen en circulair ontwerpen van de TU Delft, in een lezing in de Materials Week die deze universiteit in mei organiseerde.
‘Of grondstoffen schaars zijn hangt niet zozeer af van hoe groot de voorraad op aarde nog is, maar vooral van de kosten om deze te winnen en het economische belang van die grondstoffen op dat moment’, zegt Peck. Dat verklaart waarom goud in Europa niet tot de kritieke grondstoffen behoort, maar lithium en nikkel wel.
Europa heeft veel kritieke grondstoffen nodig de komende tijd, maar is hiervoor afhankelijk van soms niet bevriende landen. Vooral China heeft een groot deel van de voorraad in handen. Ook als de ruwe delfstoffen in andere landen worden gewonnen, gaan deze voor de eerste bewerking vaak naar China.
Op dit moment komt 97 procent van de kritieke grondstoffen die Europa verwerkt uit landen buiten Europa. Om die afhankelijkheid te verkleinen, ligt er sinds maart een door de Raad van de Europese Unie goedgekeurd plan, de Critical Raw Materials Act (CRMA). Dat behelst dat Europa in 2030 minstens 10 procent van de benodigde kritieke grondstoffen uit eigen mijnen wint, minstens 40 procent zelf uit de ruwe erts onttrekt, 25 procent uit gerecycled materiaal haalt en niet meer dan 65 procent van een grondstof uit één ander land betrekt.
Daarvoor moet het continent onder meer op zoek naar slimme methoden om materialen terug te winnen uit afgedankte producten.
De Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal
Op 9 mei 1950, precies vijf jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog, lanceerde de Franse minister van buitenlandse zaken Robert Schuman een plan. Om duurzame vrede te bewerkstelligen tussen de voorheen gezworen vijanden Frankrijk en West-Duitsland, moest de gehele Frans-Duitse productie van kolen en staal onder één gemeenschappelijke autoriteit komen te staan. Hierdoor zou een nieuwe oorlog niet alleen ondenkbaar maar tevens materieel gezien onmogelijk worden. Het was de aanzet tot de oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS) in 1951, een verbond van Frankrijk, West-Duitsland, Italië, Nederland, België en Luxemburg, en de eerste stap op weg naar Europese integratie.
Urban mining
De modernste mijnen zijn geen geologische vindplaatsen van ertsen, maar de afvalbergen van onze consumptiemaatschappij. Door afval als bron voor grondstoffen te beschouwen, blijven eenmaal gedolven materialen aanwezig in de kringloop. ‘Zo komen er zo min mogelijk grondstoffen uit de aarde. We hergebruiken of recyclen eindeloos wat we daar als eens hebben uitgehaald’, zegt Ester van der Voet, emeritus hoogleraar duurzaam grondstofgebruik aan de Universiteit Leiden. ‘De urban mine, heet die voorraad. Het is de materiële basis van een circulaire economie.’
Van der Voet en haar collega's maakten de afgelopen vier jaar, samen met het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), een eerste inventarisatie van de urban mine van Nederland, in het kader van het circulaire economiebeleid.
'Die urban mine bestaat uit alle producten in de gebruiksfase’, zegt Van der Voet. De benodigde grondstoffen kunnen uit deze voorraad worden gewonnen als de producten eenmaal zijn afgedankt. Van der Voet: ‘De statistieken gaan altijd over de instroom van materiaal als grondstof en de uitstroom van materiaal als afval. Over wat er op dit moment in gebruik is, waren er nauwelijks gegevens. Daarin heeft onze inventarisatie verandering gebracht.’
Dit is niet het volledige artikel.
Meer lezen over kritieke grondstoffen?
Lees het volledige artikel in het augustusnummer van De Ingenieur, en kom zo meer te weten over urban mining, de geologische mijnen van Europa en de politieke en technologische manieren om grondstoffenschaarste tegen te gaan.
Koop de digitale versie voor €9,75 of neem een abonnement!
Openingsbeeld: Shutterstock